27 leving te waarborgen. Een laatste bijdrage om tot een juiste probleemstelling te komen levert ons Karl Mannheim, een uit Duitsland gevluchte socioloog die zijn voornaamste werken ge schreven heeft rond de Tweede Wereldoorlog. Mannheim houdt zich niet direct bezig met de vraag van de arbeidsverdeling, maar met het probleem van de voor oorlogse massale werkeloosheid. Voor hem is deze een symptoom van het feit dat de samenleving niet bewust gericht wordt op de realisering van de doelstellingen die door allen gewild worden. Er is wel planning in die samenleving maar dat is de planning van grote econo mische machten die ieder enkel met het oog op parti culiere belangen de markt trachten te beheersen. Er is, zo constateert Mannheim, geen over-all planning van het geheel ter realisering van de doelstellingen van het geheel; daarmee ontstaat de onvermijdelijkheid van chaos. Ofschoon deze probleemstelling eigenlijk reeds achter haald is, kan het goed zijn er even over na te denken, om aldus een typisch element waardoor de maatschappij van 1970 zich onderscheidt van die van 1935—1940 naar voren te halen. Onze maatschappij kan zich geen massale werkeloosheid meer permitteren en zal er ook voor zorgen dat deze vermeden wordt. Dat heeft zelfs het bedrijfsleven be grepen. Vandaar de tendens van het bedrijfsleven zelf om de planning van het geheel ter hand te nemen of althans er aan mee te werken. Het bedrijfsleven werkt met de overheid samen om het geheel zo in de hand te krijgen dat de continuïteit van de produktie gewaarborgd is. Men kan hier spreken van een tendens naar over-all planning, maar er moet opgemerkt worden dat deze niet geschiedt uit het perspectief van de samenlevende mensen zelf, maar uit het particuliere perspectief van het bedrijfs leven. Daarbij wordt de overheid ingeschakeld in de „planning" van het bedrijfsleven. Denkt u slechts aan wat er gebeurt in een bedrijf als dat van Verolme. Zolang het goed loopt, gaat de onder neming volkomen zijn eigen weg, gaat het slecht dan weet de ondernemer dat er een probleem ontstaat met de

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Lustrumboek Snellius | 1970 | | pagina 28