71 heid van 2-5 meter behaald kan worden. Onderzoekingen zijn gaande om die nauwkeurigheid op te voeren tot 1 cm. Voor nauwkeurige kaartering van de oceaanbodem zal in de toekomst gebruik gemaakt worden van zgn. „Submersibles", diepzee vaar- of voertuigen. Zoals in fig. 6 te zien is, gaat, ten gevolge van de vrij grote tophoek van de geluidsbundel van het echolood, veel detailinformatie over de bodemtopografie verloren. Dit wordt nog aanmerkelijk slechter indien het schip slingert. Met deze submersibles kan men vlak boven de bodem varen. Met behulp van een netwerk van transponders kan een detailkaartering verkregen worden. Ook is het mogelijk om met behulp van een soort meter- wiel en het kompas directe afstand en richtingmetingen te doen. Ervaringen, opgedaan met bekende submersibles zoals ,,Alvin", „Aluminaut" en „Deepstar-4000" waren aan leiding tot het concept van de „DOSV" ofDeep Oceano- graphic Survey Vehicle". Om wat dichter ,,bij de grond" en bij huis te blijven: Op het Nederlandse deel van het continentaal plat zullen onder water activiteiten steeds meer toenemen. Indien gas en olie-exploraties resulteren in exploitatie, zullen installaties en pijpleidingen op de zeebodem geplaatst worden. Routes voor schepen met zeer grote diepgang worden thans reeds tot ver in zee op de vereiste diepte ge bracht, en zorgvuldig gekaarteerd in internationale samenwerking. Voor allerlei wetenschappelijke en economische doel einden zullen kunstmatige eilanden gebouwd worden. In de wat verdere toekomst zullen ongetwijfeld „vis- boerderijen" op de zeebodem gevestigd worden. In het algemeen zal men het oog steeds meer op de zee richten. Het is duidelijk dat de taak van de Mariene Geodesie met deze ontwikkelingen zal groeien. N.B. Een en ander was in 1968 voor de Rijkscommissie voor Geodesie aanleiding tot het instellen van een speciale subcommissie Mariene Geodesie".

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Lustrumboek Snellius | 1970 | | pagina 72