ONTWIKKELINGEN IN DE LEIDINGENREGISTRATIE BIJ NUTSBEDRIJVEN ir. J. Mol Wat zich bij velerlei maatschappelijke activiteiten voordoet vol trekt zich ook op het terrein van de leidingenregistratie: de vraag of de jaren gehanteerde werkwijze nog wel goed is, wordt levend. Het risico is erg groot dat de uitbundig vele technische mogelijk heden en de ogenschijnlijk tegengestelde belangen verhinderen dat een goed georganiseerd overleg van alle betrokkenen richting geeft aan de ontwikkeling. Het heeft weinig zin om een poging te doen een definitie te geven van leidingenregistratie. Alle nutsbedrijven voldoen op hun eigen manier aan de behoefte aan informatie over hun leidingen. Er is dan ook geen sprake van uniformiteit, tenzij men zeer algemene categorieën gaat maken: men hanteert een afbeelding van de topo grafie en beeldt daar een aantal gegevens van leidingen op af. De ondergronden zijn echter verschillend van schaal, van grootte, van oriëntatie en van inhoud, terwijl van de leidingen de ligging, soms ook de aard, de capaciteit, de leeftijd en de gebruikte hulp middelen zijn vermeld. Voor een juiste benadering van de proble matiek is het essentieel er van uit te gaan dat wat elk van de ruim 300 zelfstandige bedrijven aan leidingenregistratie" doet voor dat bedrijf noodzakelijk en voldoende is. Een poging om tot een betere opzet te komen, met als uitgangspunt het voordeel dat in eerste instantie de niet-leidingenbeheerders hebben van ordening op dit terrein, moet dus wel als resultaat hebben dat de informatiebehoefte ten deze bij de nutsbedrijven gedekt blijft en dat eventuele meerkosten worden verantwoord door reëel te verrichten baten. Het is zeker dat een goede gezamenlijke aanpak ook voordelen oplevert voor de nutsbedrijven. De nutsbedrijven beheren ongeveer 400.000 km ondergrondse lei dingen, welke in hoofdzaak liggen langs de 80.000 km verharde we gen in ons land. De elektriciteitsbedrijven beheren ongeveer 40 i daarvan, de P.T.T. ca. 30$, de waterleidingbedrijven ca. 20$ en de gasbedrijven ca. 10$. De geschatte aanschafwaarde van al deze lei dingen bedraagt ongeveer 7 miljard gulden en het leidingennet wordt elk jaar ongeveer 4$ langer. 103

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Lustrumboek Snellius | 1975 | | pagina 104