[14]. Hierbij kan onderscheid worden gemaakt tussen bewoner -
eigenaarkorporatie of gemeente, respectievelijk partikuliere
verhuurder.
De bewoner-eigenaar laat zich in het algemeen niet of nauwelijks
leiden door kommerciële motieven. Hij wil op de eerste plaats
plezierig wonen. Op technisch-funktionele veroudering reageert
hij meestal met een intensivering van het woningonderhoud en het
uitvoeren van meestal sterk gefaseerde verbeteringen. Bewoner -
eigenaars verhuizen aanzienlijk minder vaak dan huurders. Van
een sterke doorstroming is bij hen geen sprake. Van dalende ren
dementen hebben bewoner-eigenaars weinig last. Naarmate zij
hun hypotheken verder aflossen, ontstaat-er bij hen meer ruimte
voor onderhoud en verbetering. Van inflatie profiteren bewoner-
eigenaars volledig. In tijden van inflatie wordt de nominale hypo
theekschuld in reële termen steeds kleiner. Als er andere be
stemmingen in het geding zijn, zal een bewoner-eigenaar zelden
zich als spekulant manifesteren, omdat zijn bewonersrol (binding
aan woning en wijk) op gespannen voet staat met spekulatie-akti-
viteiten. Planners blight vindt, gezien de relatief hoge en kon
stante waarde van eigen-woningen, meestal in gebieden met veel
huurwoningen plaats. De kans dat bewoner-eigenaren met planners
blight worden gekonfronteerd, is klein.
De gemeente en de korporatie verkeren in een andere positie. Zij
zullen op technisch-funktionele veroudering ook willen reageren
met méér onderhoud en verbetering, maar gezien de rijksnorme
ring van onderhoudskosten en de moeilijkheden om in een vroeg
stadium verbeteringen aan te brengen, slagen zij er niet in de
technisch-funktionele veroudering te stuiten. Mede door het toe
wijzingsbeleid van de gemeente, dat vooral deze woningen treft en
het aksent dat de overheid legt op doorstroming, vindt hier in het
algemeen een snelle sociale achteruitgang plaats. Van een door
stroming van verhuurders is in deze sektor geen sprake. Korpo-
raties en gemeenten zijn meestal trouw aan hun bezit. De prijs -
starheid, sterk vergroot door huurprijsbeheersingsmaatregelen,
treft deze sektor ernstig en verkleint de mogelijkheden van ade-
kwaat onderhoud sterk.
Gemeente- en korporatiewoningen zijn een willige prooi voor an
dere bestemmingen. Omdat deze woningen meestal nieuwer zijn
dan partikuliere woningen, en doordat b.v. in randzones gemeente
en korporatiewoningen meestal ontbreken, is de dreiging van an
dere bestemmingen meestal beperkt. Planners blight verslechtert
de situatie in die gevallen dat geen zekerheid over de toekomst van
de wijk wordt gegeven. Verbetering van het bestand is moeilijk
136