bij het rechtsverkeer ten aanzien van onroerende goederen. Dit
wordt geacht in het bijzonder te gelden voor die ontwikkelingslan
den waar de snelle bevolkingstoename een groeiende druk op het
landelijk grondbezit uitoefent en waar terzelfder tijd een massale
migratie van mensen, van het platteland naar de steden, leidt tot
een haast niet te breidelen groei van deze bevolkingsconcentraties.
De genoemde systematisch ingerichte grond- en rechtenadmini
stratie, kortweg "het kadaster" genaamd, berust aldus de Com
missie op twee essentiële basiselementen, namelijk:
le. een ondubbelzinnige aanduiding van ieder perceel (eigendoms-
dan wel gebruiksperceel) binnen een'bepaald aaneengesloten
landsdeel, en
2e. daarop betrekking hebbende registers, bevattende een be
schrijving van alle bij de wet erkende, op de eigendom van
een perceel betrekking hebbende rechten, alsmede bijzonder
heden inzake het gebruik of andere zodanige gegevens die ver
eist zijn voor de speciale doeleinden waarvoor in dat bepaalde
land het kadaster is ingericht.
Ten aanzien van laatstgenoemde registers wordt gewezen op de
twee verschillende vormen van registratie van rechten op onroe
rende zaken, namelijk die van de inschrijving van de akte zelve
(zoals in Nederland in de openbare registers) en die van de in
schrijving van het eigendomsrecht door de daartoe bevoegde auto
riteit (zoals b.v. in Duitsland in het Grundbuch).
Het rapport wijst erop. dat de inrichting van een kadaster met
rechtskracht in een land waar het grondbezit tot nog toe op ge
woonterecht berustte, meestal zal meebrengen dat een samenstel
van nieuwe wettelijke voorschriften zal moeten worden uitgevaar
digd. Want het doel van een dergelijk kadaster is mede om het be
staande gewoonterecht te codificeren.
Er wordt dikwijls beweerd dat de omzetting van gewoonterecht in
gecodificeerd recht onvermijdelijk individualisering van het bezit
meebrengt, hetgeen kan leiden tot landhonger en ongelijke verde
ling van het grondbezit. Het rapport geeft aan dat dit een misvat
ting is en dat codificatie in samenhang met de instelling van een
kadaster met rechtskracht op doelmatige wijze kan voorzien in de
bescherming van individu en gemeenschap door zodanige wettelijk
vastgelegde maatregelen, dat ongewenste gevolgen tot een mini
mum beperkt kunnen worden.
Een opsomming wordt gegeven van de vele mogelijkheden welke
aan de aanwezigheid van een kadaster inherent zijn, zoals de ze
kerheid voor de enkeling bij overdracht van zakelijke rechten op
onroerende goederen en hypotheekverlening, de vermindering van
150