rechtszekerheid. Goed. Onze beschrijvingen geven vastigheid,
houvast. Je kunt grenzen opnieuw uitzetten en zorgen dat de we
reld niet ongeoorloofd verandert. Wat kan je nog meer doen met
de beschrijvingen die geodeten maken? Je kunt ze gebruiken om
mee te gaan ontwerpen, om ermee te plannen. Op een kaart kan
je lijnen trekken. Kijk, dat wordt nu rijksweg 19. Je kunt op een
kaart de toekomst zichtbaar maken. Geodeten doen dat niet, die
maken het verleden zichtbaar. Op een seminar over kartografie
en regionale planning, dat ik een paar maanden geleden bijwoonde,
werd ook door anderen dan geodeten over vrijwel niets anders ge
praat. Pogingen van een enkeling om een discussie op gang te
brengen over het zichtbaar maken van mogelijke toekomstige ont
wikkelingen, teneinde de mensen in staat te stellen verstandig te
kiezen, werden in de kiem gesmoord door de vastleggers. Jammer.
Hoe werkt een ander met de gegevens die de geodeet heeft vastge
legd? Doet hij er wel wat mee, en wat doet hij er precies mee?
In dit probleem is de geodeet nog nauwelijks doorgedrongen, en
ook dit is een algemeen verschijnsel in de kring van de vastleg
gers.
We hebben dank zij de ontwikkeling van de techniek de mogelijk
heid zeer grote hoeveelheden informatie te verzamelen en te ver
werken. Iedereen roept om méér informatie, informatiesystemen
rijzen als paddestoelen uit de grond. Maar ik heb het onbehaaglij
ke gevoel, dat een heleboel van deze informatie niet wordt ge
bruikt, bij de voorbereiding van beslissingen, in ontwerpprocedu-
res. Ontwerpers, plannenmakers, beslissers zullen je niet kunnen
zeggen welke cijfers voor hen doorslaggevend waren en waarom.
Hoe beslis je, op grond van welke informatie maak je een plan, een
ontwerp van de toekomst? Daar bestaat helaas nog nauwelijks enig
inzicht in. De wetenschap heeft zich wel zeer intensief bezig ge
houden met waarnemen, meten, beschrijven, classificeren, orde
nen van dingen die er al waren, maar het creëren, scheppen,
vormgeven, ontwerpen, kiezen verschrikkelijk verwaarloosd, en
in het onderwijs is de situatie net zo. !Ontwerpen is dat, wat ont
werpers doen1 en TJe kunt het, of je kunt het niet*, daarmee is on
ze kennis van het ontwerpproces wel aardig omschreven.
Geodeten maken nauwelijks concrete dingen. Maar ze ontwerpen,
hoe dan ook, wel werkwijzen, instrumenten, regelingen, die ze
zelf of anderen zullen moeten toepassen. Ook al geven ze geen
vorm aan de buitenwereld, ze geven wel vorm aan hun werk, ook
aan werk waarmee de buitenwereld veranderd zal worden, zoals
bij de land- en stadsinrichting. Zo zie ik althans de taak van de
156