1. Metingen in of op de zeebodem t.b.v.: - geologisch onderzoek
- grondmechanisch onderzoek
- morfologisch onderzoek.
2Hydrografische metingen: -lodingen.
3. Metingen ter bepaling van de waterbeweging:
- in verticale zin - getij metingen
- golfmetingen
- in horizontale zin - stroommetingen
- tracémetingen.
4Waterkwaliteitsmetingen.
Bij deze metingen zal de geodetische ondersteuning zich vooral op
de voorbereiding, de uitvoering en de verwerking van de metingen
uit de eerste drie categorieën richten. Een ondersteuning die ech
ter niet beperkt blijft tot plaatsbepalingsaspecten alleen, doch ook
andere marien- geodetische aspecten betreft. Een nadere, sum
miere, detaillering van de doelstellingen en meetmethoden van de
belangrijkste metingen zal dit kunnen verduidelijken.
Metingen in of op de zeebodem
Voor het selecteren c.q. aanwijzen van geschikte gebieden voor de
aanleg van scheepvaartgeulen, de vestiging van kunstmatige eilan
den, de winning van bodemmaterialen zoals zand en grind etc. is
een inzicht in de geologische samenstelling van de bovenste lagen
van de zeebodem van groot belang.
Bij de hiervoor noodzakelijke metingen, welke in nauwe samenwer
king met de Rijks Geologische Dienst worden uitgevoerd, wordt
onder andere gebruik gemaakt van "subbottom profiling1' systemen
(zgn. penetrerende echoloden).
De transducers van deze systemen, die in de romp van een onder-
zoeksvaartuig gemonteerd zijn dan wel achter het vaartuig aange
sleept of opzij van het vaartuig bevestigd worden, zenden korte ge-
luidspulsen uit met een relatief hoog vermogen. De reflecties van
de geluidspulsen op akoestische discontinuïteiten in de zeebodem
worden op een recorder geregistreerd, waardoor een schaduw
beeld van het bodemprofiel ontstaat.
Geologische interpretatie van de profielen vindt plaats aan de hand
van gegevens die verkregen worden uit grondboringen.
Op deze wijze is een eerste, zeer globale, geologische inventari
satie gemaakt van het Nederlandse deel van het Continentale Plat.
Thans worden metingen uitgevoerd die de geologische kennis van
dit gedeelte van het Continentale Plat moeten vergroten, hetgeen
uiteindelijk zal resulteren in geologische kaarten van elk blok van
het Plat.
218