dat de twee functies, hoogleraar in de geodesie en leider van de triangulatie in één persoon verenigd waren. Maar met de aanvaarding van het voorstel door de autoriteiten loopt het niet zo vlot. Verschillende pogingen worden ondernomen maar zij leidden geen van alle tot het gewenste resultaat. Inmid dels was het kantoor van de Rijkscommissie via een kamer in de Breestraat en het woonhuis Oude Delft 33 aangeland in het voor malige postkantoor, Oude Delft 71, eens een woonhuis genaamd ?t Wapen van Spanje" waarin onder andere de schilder Van Mie- revelt gewoond heeft en thans in 1975 deel van het politiebureau. In 1889 erkent minister Mackay dat de behuizing zeer bekrompen is maar er gebeurt verder niets. In de vergadering van 22 oktober 1890 klaagt de Rijkscommissie dat in de ontwerp-begroting van 1891 weer geen geld is uitgetrok ken voor het stichten van een nieuw gebouw voor de driehoeksme ting. Wel heeft de Rijksbouwkundige toegezegd spoedig met een plan te komen. Maar een half jaar later deelt Schols in de verga dering mede dat de Rijksbouwkundige nog steeds in gebreke is ge bleven met het maken van een bouwplan. De Rijkscommissie wordt ongeduldig. In de, in keurig Nederlands geschreven notulen lezen we hoe de leden hun misnoegen over de trage gang van zaken uit spreken. Bij het nalezen van de archiefstukken krijgen we de in druk dat de Rijkscommissie inmiddels reeds begonnen was met het spelen van de rol van !pressure groupT. Want enige tijd later blijkt dat de commissie slechts een tiende gedeelte van het haar toege stane jaarlijkse krediet heeft uitgegeven. De Minister van Finan ciën vraagt naar aanleiding hiervan "welke invloed de mindere uit gaven voor de secundaire driehoeksmeting zullen hebben op de duur van het werk". En secretaris Schols antwoordt prompt: "dat de voltooiing van de secundaire driehoeksmeting zoovele jaren vertraagd zal worden als de commissie bij gebrek aan lokaliteit verhinderd zal worden met deze werkzaamheden te beginnen". Dat antwoord liet aan duidelijkheid niets te wensen over en het hielp Bij de behandeling van de begroting van Binnenlandse Zaken in de zitting van de Tweede Kamer van 11 december 1891 dringen enkele afgevaardigden aan op een spoedige oplossing. Er was nog een dis trictenkiesstelsel en de afgevaardigde van Delft, de heer Van de Velde en die van Deventer, de heer Van Delden steunen de plannen van Rijkscommissie. Minister Tak van Poortvliet geeft de verze kering niet langer dan nodig te zullen wachten met een voorstel voor de bouw maar merkt terloops op dat "de betreffende bouw plannen meerdere tonnen gouds vereisen" en daarom acht hij een nader onderzoek toch wel noodzakelijk. 239

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Lustrumboek Snellius | 1975 | | pagina 240