de wens van Curatoren, het ITC in Delft te houden. Vermeld kan
nog worden dat het ITC de voorziene plaats van het nieuwe gebouw
te moeilijk bereikbaar achtte voor zijn studenten. Deze plaats was
in een eerder stadium al door de onderafdeling gekozen, waarbij
het enige geboden alternatief een perceel zuidelijk van het TNO-
complex was, nogal dicht bij de rijksweg.
Inmiddels - het was 1969 - liep de oude bestuursstructuur van uni
versiteiten en hogescholen op haar laatste benen en hoewel offi
cieel de huidige gedemocratiseerde structuur nog niet was geboren,
bewoog er wel een en ander. Het verschijnsel van de "hearing" had
zijn intree gedaan en op 17 oktober werd de hele onderafdelingsge
meenschap in kennis gesteld van de plannen, waarbij Prof. Witt als
voorzitter van de onderafdeling, en ir. Kok als architect uitleg ga
ven. Te merken was dat de kritische studenten betwijfelden of de
plannen van de machthebbers wel deugden. Korte tijd later hing er
op het mededelingenbord een manifest dat verkondigde dat de (toen
geschatte) bouwsom van f. 12 miljoen beter aan de bouw van 1200
woningwetwoningen kon worden besteed, tegen de woningnood en
met als voordeel dat het geld toch in de bouwsector bleef, zodat de
werkgelegenheid niet zou lijden. Een staflid hing een ander mani
fest op dat voorstelde, alle rijksstudietoelagen en beurzen alleen
aaji studenten uit ontwikkelingslanden te geven, tegen de onderont
wikkeling, en met als voordeel dat het geld in de onderwijssector
bleef. De activisten verklaarden toen dat door dit perfide antwoord-
manifest de verhouding tussen staf en studenten voor jaren bedor
ven was. Overigens verzochten ze ook het programma van eisen te
mogen zien; een kritische bestudering van tien minuten leverde
verder geen kritiek op.
In het najaar van 1969 werden vele besprekingen gevoerd om het
schetsontwerp te voltooien. De grondgedachte was: snelle bouw.
Het gebouw zou daarom geen kelders krijgen die een diepe bouw
put zouden vereisen. Verregaande prefabricatie en een flexibele
indeling met droge-montagewanden kwamen al in het begin als ken
merken naar voren. Al deze drang tot snelheid ontlokte Prof. Witt
eens de opmerking dat de onderafdeling nu niet zo'n vreselijke
haast had, maar vooral een goed gebouw wilde hebben.
Samenvattend kan men zeggen dat in de zomer en herfst van 1969
de onderafdeling in principe accoord ging met de eerste globale
opzet en dat de plaats waar het gebouw zou komen was gekozen.
Van samenbouw met het ITC werd verder niets meer vernomen en
ook het latere vertrek van het ITC uit Delft heeft geen invloed ge
had op de bouwplannen.
258