grootte tot 20.000 ha.). Vanaf het begin heeft de geodeet in het pro ces van de ruilverkaveling een belangrijke rol gespeeld. Een van zijn taken is het verstrekken van informatie. Hij houdt de ruilver kavelingsadministratie bij en verstrekt de meeste benodigde kaar ten. Omdat de vigerende Ruilverkavelingswet 1954 het agrarisch belang voorop stelt, wordt thans gewerkt aan een landinrichtings wet met een meer algemene doelstelling. Het is waarschijnlijk dat de nieuwe landinrichtingsplannen met een ruimere doelstelling om nog meer informatie zullen vragen. Stads inrichtingHet opheffen van het woningtekort na de tweede wereldoorlog door middel van de aanleg van nieuwe woonwijken was een belemmering voor de sanering van de oude wijken. De kwalitatieve tekortkomingen van de woningen in deze wijken leiden tot ontvolking. Teneinde de ontvolking tegen te gaan wil de rege ring de stadsvernieuwing bevorderen. Zij zal in de vorm van ver kavelingsplannen (misschien naar analogie van de landelijke ruil verkavelingen) kunnen worden gerealiseerd. Voor deze stadsver nieuwingen zullen zeer veel vastgoedgegevens nodig zijn, evenals voor de stadsuitbreidingen, die in landelijke gebieden worden ge creëerd [5j. Inrichting van civieltechnische werkenIn Nederland worden veel infrastructuurwerken met grote ruimtelijke consequenties uitge voerd. Men denke hierbij aan de uitvoering van de Deltawerken en de Zuiderzeewerken, de aanleg van rijkswegen, verkeerspleinen, compartimenteringsdijken, havenmonden en leidingenstraten. Onnodig te zeggen dat hiervoor, al was het alleen maar voor de tracêbepaling en onteigening, zeer veel vastgoedgegevens nodig zijn. De ontwikkeling van gegevensbanken De opkomst van gegevensbanken is een belangrijke ontwikkeling in het vakgebied van de bestuurlijke informatica. Dit vakgebied om vat de studie naar de fundamentele en praktische aspecten van het gebruik van informatica in organisaties in het algemeen en de daar uit voortvloeiende problematiek voor de informatica in het bijzon der [6]. Een gegevensbank is niet zonder meer de som van een aantal be standen, maar is gebaseerd op een nieuw concept. Bij de conven tionele bestandsorganisatie wordt wel erkend dat gegevens logisch samenhangen, maar men houdt er geen rekening mee. Dit betekent dat niet met programmes aan deze samenhang kan worden gerefe reerd. Een programma refereert aan records-zoals-die-opgesla gen-zijn en niet aan gegevens-zoals-die-samenhangen. Bij gege- 34

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Lustrumboek Snellius | 1975 | | pagina 35