beperkte. Toen was dat immers de enige planologische maatregel, waarbij de geodeet zeer nauw betrokken was. Nu, na twintig jaar, kan een andere karakteristiek worden gegeven, namelijk als het vak dat de relaties behandelt tussen de geodesie, in de ruimste be tekenis die men hieraan kan geven en de planologie. Hierbij richt de geodeet zich voornamelijk op de inrichting van één gebied. Het blijkt steeds meer dat de geodeet genoodzaakt wordt mee te wer ken aan het veranderen van bestemmingen en niet alleen aan het opnieuw verdelen van de grond. Bij alle werkzaamheden die tot veranderingen leiden in de eigen domsverhoudingen of tot wijzigingen in het beheer, is het kadaster nauw betrokken. In dé nieuwe gedachtengang wordt het kadaster terecht gezien als een vastgoedsysteem. Het maatschappelijk be lang van het kadaster, in het bijzonder voor planologische maat regelen, en de landmeetkundige aspecten ervan verdienen de aan dacht. Zij passen in het kader van de planologische geodesie. De geodeet treedt hier niet alleen op als overzichtgever [2] van ma thematische en boekhoudkundige gegevens. Hij benut ze voor de speciale taak waarmee hij wordt belast. In de ruilverkaveling worden de boekhoudkundige gegevens bij de stemming en bij de bepaling van de waarde van de inbreng ge bruikt. Bij de toedeling speelt de bestaande ligging van de perce len een rol. Maar met de inbrengwaarde wordt verder gewerkt. Door de toedelingswaarden om te rekenen in grootten wordt ten slotte uit de hoge hoed van de ruilverkaveling een nieuwe kadas trale indeling getoverd, die een gedeelte van het vastgoedsysteem dat kadaster heet, wijzigt. De landmeetkundige werkzaamheden, die de mathematische gegevens leveren, maken deel uit van de ruilverkaveling en resulteren onder meer in een kadastrale kaart. De procedure berust op de ruilverkavelingswet en de pachtwet, en de volgorde der werkzaamheden dient zich hierbij aan te pas sen. Een kosten-baten analyse gaat aan de stemming vooraf en hoewel de geodeet aan het opmaken hiervan niet meewerkt is ken nis van de berekeningsmethode gewenst. Bij het gehele gebeuren is de landhuishoudkunde sterk betrokken. Cultuurtechniek en uit dien hoofde bodemkunde zijn van grote betekenis voor de inrichting van de gebieden. De rol die de kartografie bij de voorbereiding en de afwerking kan vervullen verdient m.i. meer aandacht. Uit het gekozen voorbeeld blijkt duidelijk dat de landmeetkundige toepassingen, het recht, de administratie en de andere genoemde vakken geïntegreerd worden in de planologische geodesie. Bij de realisering van bestemmingsplannen is vooral aan het grondbedrijf een belangrijke taak toebedeeld: verwerving van gron- 44

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Lustrumboek Snellius | 1975 | | pagina 45