GEODESIE IN DE LANDINRICHTING
Prof.ir. C. Bijkerk en ir. A. C. Visser
Inleiding
In het lustrumboek 1965 eindigen de beschouwingen over het vak
gebied van de cultuurtechniek door prof. Van den Berg met onder
meer de opmerking, dat "aan mogelijkheden van ruimtetoedeling
aan andere dan landbouwkundige doeleinden aandacht moet worden
besteed". Daarmee werd toen aangegeven in welke richting het
vakgebied van de cultuurtechniek zich verder zou moeten ontwik
kelen om aan de gewijzigde maatschappelijke vraagstelling te kun
nen beantwoorden. Nu, 10 jaar verder, kunnen we bezien of, en zo
ja in hoeverre het vakgebied van de cultuurtechniek zich heeft aan
gepast aan de veranderde omstandigheden.
Het is inderdaad zo dat anno 1975 bij de inrichting van het platte
land andere dan landbouwkundige verbeteringen een belangrijke
plaats innemen. Het karakter van de cultuurtechnische projecten
is belangrijk gewijzigd, hetgeen per saldo neerkomt op een aan
merkelijke verbreding van doeleinden. Het is hier niet de plaats
om een volledig beeld te geven van alle factoren en omstandighe
den die tot deze verbreding hebben geleid. Volstaan moge worden
met het noemen van enkele concrete projecten die thans in Neder
land aan de orde zijn. Zo bijvoorbeeld de stadsgewestparken
Spaarnewoude en Midden Delfland, de herinrichting Oost-Gronin-
gen en Gronings-Drentse Veenkoloniën, de studies en plannen voor
nationale landschapsparken, de studies ten behoeve van de inrich
ting van ZW-Drenthe, NW-Overijssel, Drentse Aa, Volthe-de
Lutte, Eilandspolder. Midden-Maasland, Lopikerwaard en Midden
Randstad.
In al deze projecten en studies staat het brede veld van landinrich
ting voor landbouw, bosbouw, recreatie, natuurbeheer en land
schap met van project tot project wisselende accenten ter discus
sie. De huidige situatie draagt daarmee duidelijk de kenmerken
van een toenemende integratie bij de inrichting van het platteland
in Nederland. Bovendien is de toenemende verwevenheid van be
langen bij de inrichting van het platteland aanleiding geweest tot de
instelling van een procedure van inspraak en publieke discussie
tijdens de planvoorbereiding. Thans is het zover dat de halve eeuw
89