PANT A RHEI Snellius bestaat nu 40 jaar. Het gezelschap is opgericht toen er van een (onder)afdeling Geodesie nog geen sprake was en heeft alle ontwikkelingen van de studie meegemaakt: van opleiding van landmeter tot opleiding voor TTgeodetisch ingenieur met vastgoed- de skundighe idT T Maar de ontwikkelingen gaan door. Aan de ene kant is daar de mi nister: bezuinigen en verkorten van de studieduur als ook bestuur lijke reorganisatie. Gaat de afdeling als bestuurlijke eenheid ver dwijnen? Aan de andere kant blijft het vakgebied zich uitbreiden. Een stich ting Vastgoedinformatie wringt zich tussen de bestaande structu ren. De student wordt lastig gevallen met een nieuw vak economie wat daar dan ook onder verstaan moge worden. Resultaat van beide ontwikkelingen zal zijn: een kortere studie met meer inhoud. Een praktische onmogelijkheid!! Ziedaar een taak voor de studenten, voor Snellius dus. Immers een student heeft een geheel eigen kijk op zulke problemen: - vanwege zijn positie hij kent geen speciale emoties t. a. v. een specifiek vak, noch t. a. v. een bestaande studieopbouw hij zit niet in een hiërarchische structuur - vanwege zijn kennis hij heeft regelmatig contact met allen die aan de afdeling verbonden zijn hij krijgt informatie vanuit alle belangrijke bronnen. Daar zorgen mede-studenten binnen en buiten de afdeling voor - vanwege zijn interesse; de studie is zijn dagelijks bedrijf. Kan die geheel eigen kijk zich niet doen gelden? Jawel!! Hij wordt lang niet altijd geaccepteerd, maar hij is er, ook nu. Hij kan ontstaan door het goede contact tussen de studenten. Voor dat contact zorgt Snellius. Door de SneHuiskamer, door de weke lijkse stuurgroep, door deSnelliusbar - in 1979 ingesteld, door de zomerkampen en door de buitenlandse excursies. De laatsten zijn sinds 1979 jaarlijks door de grotere aantallen studenten. Dat intensieve contact wordt bedreigd - door genoemde ITpraktische onmogelijkheid1 T. Wordt deze gerea liseerd, dan rest de student slechts tijd om te leren. De TH gedegradeerd tot een school met onmondige leerlingen. - door de toename van het aantal studenten. Sinds 1978 zijn de jaargangen 30 - 40 man groot! De knusheid verdwijnt. Niemand gelooft echt in deze bedreigingen. Snellius heeft wel meer meegemaakt en is nu levendiger dan ooit! Laten de studenten het gevaar echter niet vergeten. Studenten zijn belangrijker dan zij 10

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Lustrumboek Snellius | 1980 | | pagina 11