in principe iedere medewerker als een allrounder. Het is dus niet zo, dat een medewerker met nogal wat agrarische ervaring bij voorkeur boerenbrokken krijgt voorgeschoteld, terwijl no toire museumklanten zich vooral zouden moeten buigen over mo numentenaangelegenheden in bestemmingsplannen. Ik geloof dat dit essentieel is voor de ontplooiing van de medewerker naar een niveau, waarop het reëel is van integrale belangenafweging te spreken. Doorgaans weten de collegaTs eikaars specialiteiten en ervaringen wel uit te buiten, al gebeurt dat nogal ongeorgani seerd en naar bevind van zaken. De medewerker opereert in hoge mate zelfstandig. Hij moet voor de meest uiteenlopende zaken weetgierigheid op kunnen brengen. Het valt niet altijd mee de juiste informanten en de juiste informaties te krijgen en soms is het ook moeilijk om te zeggen: "nu weet ik wel genoegn. Het werk leidt tot contacten met mensen uit alle lagen van de bevolking en met alle niveaus van de administratie, het bedrijfsleven etc. Het behoort tot het vak, een ieder het vertrouwen te geven, dat het zinvol kan zijn de beroepszaak in kwestie met een neutrale, objectiverende me dewerker van de Adviseur ten behoeve van de Raad van State door te nemen. De medewerker zal in zijn werk trachten zo wei nig mogelijk stokpaardjes te berijden: hij is immers onpartijdig. Een goed analyserend vermogen, inventiviteit bij het oplossen van in beroep gerezen moeilijkheden en een hekel aan routine (geen twee zaken zijn gelijk) zijn tenslotte nog enige eigenschap pen die een medewerker van pas kunnen komen, vooropgesteld dat hij de redactionele vaardigheid bezit de na onderzoek en af weging vakkundig doorgehakte knopen ook nog (zwart op wit) aan zijn concept-advies te zetten. Het zou niet veel zin hebben een advies uit te brengen, als niet welhaast per definitie vaststaat dat de adviezen aan een zeer ho ge kwalitatieve standaard voldoen. Van deze mentaliteit is het bureau doortrokken. Handhaving van de kwaliteit van de advie zen is slechts mogelijk bij voldoende mankracht van voldoende kwaliteit. De beroepen nemen al jaren toe in aantal en moeilijk heid. In deze situatie blijft constant hoge kwaliteit voorop staan, al is uiteraard het bureau ook alert op methoden die zonder we zenlijk kwaliteitsverlies de produktie kunnen verhogen. Nadat er in de loop van enige jaren een aanzienlijke achterstand in de advisering was ontstaan, wordt in de laatste tijd het aantal medewerkers enigszins uitgebreid. Een langdurige beroepspro cedure staat namelijk in de weg voor het optimaal funktioneren van de Wet op de Ruimtelijke Ordening, terwijl dit funktioneren stellig wordt bevorderd door een vlot verlopende bestemmings planprocedure. De uitbreiding van het personeelsbestand ver loopt niet snel. Feit is, dat de nieuwe medewerkers bij deze 181

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Lustrumboek Snellius | 1980 | | pagina 182