raad bij de vaststelling van het ontwerp aangebrachte wijzigingen
ten opzichte van het ontwerp-bestemmingsplan, mag bij Gedepu
teerde Staten verzet aantekenen.
Ook na de TTbeslissing omtrent goedkeuring'1 van het bestemmings
plan door Gedeputeerde Staten vindt weer terinzagelegging voor
de tijd van één maand plaats. De volgende categorieën kunnen ge
durende deze termijn tegen het plan beroep instellen bij de Kroon:
a. zij die zowel in eerste als in tweede instantie tijdig een be
zwaarschrift indienden;
b. zij die tijdig bezwaar maakten bij Gedeputeerde Staten tegen de
door de raad bij vaststelling van het plan aangebrachte wijzi
gingen;
c. zij die bezwaren hebben tegen eventuele onthouding van goedkeu
ring door Gedeputeerde Staten aan één of meer onderdelen van
het bestemmingsplan;
d. de betrokken inspecteur van de Ruimtelijke Ordening, als bewa
ker van de wetgeving en van het beleid van de rijksoverheid ter
zake van de Ruimtelijke Ordening;
e. de gemeenteraad; Gedeputeerde Staten zetten soms fors het mes
in zijn vrucht van autonomie.
De hiervoor genoemde terinzageleggingen moeten tevoren worden
aangekondigd door de burgemeester op de gemeentelijke publikatie -
borden, in een of meer plaatselijke bladen en in de Nederlandse
Staatscourant. ZoTn publikatie moet de categorieën noemen die be
zwaar c.q. beroep mogen aantekenen.
De beroepen moeten worden geadresseerd aan de Voorzitter van
de Afdeling voor de geschillen van bestuur van de Raad van State.
Ze zijn uiteraard gericht aan Hare Majesteit de Koningin
6. De behandeling van de beroepen
a. afdeling contentieux
Bij de afdeling contentieux wordt uit de ingekomen beroepen een
selectie gemaakt van die beroepen waarover kennelijk geen advies
behoeft te worden ingewonnen bij de Adviseur ten behoeve van de
Raad van State. Deze selectie kan misverstanden en vergissingen
bij de indieners tijdig aan het licht brengen en kan bijdragen aan
een vlotte bestemmingsplanprocedure. Bijvoorbeeld: er is tegen
de goedkeuring door Gedeputeerde Staten van een bestemmings
plan één appellant in het geweer gekomen en dit beroep is niet
ontvankelijk, omdat hij geen bezwaar had gemaakt tegen het ont-
werp-plan noch tegen het ongewijzigd vastgestelde plan. Zodra
van die niet-ontvankelijkheid blijkt kan na ommekomst van de
beroepstermijn het desbetreffende besluit van Gedeputeerde Sta
ten in werking treden. De Voorzitter van de Afdeling vraagt Ge
deputeerde Staten om "ambtsbericht" omtrent het beroep. Dat
183