voorschriften buiten het advies inzake het beroep om - is het
voor de medewerker van de Adviseur die bezig is met een be-
roepzaak relatief een kleine moeite die weinig tijd vergt, aan
tekening te houden van de bij de procedure en de in het plan ge
maakte fouten. Het zou voorts niet reëel zijn uitvoerig over een
zaak te adviseren in de wetenschap, dat het plan op formele
gronden zal moeten sneuvelen en dat het advies derhalve toch
niet kan worden overgenomen. Niet zelden echter komt de mede
werker naast fouten ook zoveel verzachtend materiaal tegen, dat
hij de Raad van State kan adviseren aan de gemaakte fouten geen
gevolgen te verbinden. Er wordt nogal eens tegen de ambtshalve
activiteiten bij beroep gefulmineerd. Er kunnen echter ook mil
de en constructieve kanten aan zitten. Ik ben van mening, dat de
Raad van State de ruimtelijke ordening en de justiciabelen in het
algemeen een slechte dienst zou bewijzen, als hij zich zonder
meer geheel zou gaan onthouden van ambtshalve inbreng. Niet de
Raad van State moet ophouden, maar de ambtshalve toetsing
moet Trop heterdaadtT worden overgeschakeld. Als dat wordt ge
organiseerd, zal de Raad van State niet veel meer ambtshalve te
toetsen overhouden. Het instituut van de ambtshalve toetsing be
staat al vele jaren en heeft - juist omdat het niet in een vroeger
stadium door andere instanties gebeurt - praktische en reële be
tekenis. De praktische nadelen van de ambtshalve toetsing wor
den naar mijn oordeel voor veruit de meeste gevallen sterk
overdreven. Het aanpassen van een bestemmingsplan in verband
met de ambtshalve onthoudingen van goedkeuring aan onderdelen
daarvan is doorgaans eenvoudig mee te nemen met de herzienin
gen, die na de beslissing in beroep veelal nodig zijn. Ik geef toe,
dat het opportunistische karakter ervan de ambtshalve toetsing
een onsympathiek imago verleent. De meeste fouten kunnen ech
ter wanneer de bestemmingsplannen zorgvuldig worden afge
stemd op de meest recente jurisprudentie, vermeden worden. En
ze kunnen vrijwel allemaal eerder worden opgemerkt. Het zou
sympathiek zijn, als dat gebeurde.
In confesso is nog wel, dat bij de beoordeling van beroepen de
grens tussen ambtshalve overwegingen en overwegingen in ver
band met het beroep in het belang (ook) van een goede ruimtelij -
ke oplossing van het probleem, ruimte moet laten voor ambts
halve initiatieven.
Het is te hopen, dat initiatieven van het Nederlands Instituut voor
Ruimtelijke Ordening en Volkshuisvesting, de Vereniging van
Nederlandse Gemeenten, de juristen van stedebouwkundige bu
reaus, provincies en gemeenten ertoe zullen leiden, dat zo lang
zamerhand in de bestemmingsplannen minder fouten worden ge
maakt.
Het lijkt mij aanbevelenswaardig de inspecties R.O. speciaal toe
188