In eerste instantie moeten de beschikbaarheid van punten van een geodetische grondslag en van topografische kaarten meer gedetailleerd worden onderzocht. Zonodig worden aanvullen de metingen gedaan. Het te gebruiken geodetische datum en het projectiesysteem worden nader gedefinieerd. Voor het seismische werk wordt een meetprocedure vastgesteld en in dien het werk op zee betreft, wordt het plaatsbepalingssys teem gespecificeerd. 4. Exploratieboring. Eerst door een boring valt vast te stellen of zich inderdaad olie in een structuur bevindt. Na uitgebreide geologische eva luatie van alle beschikbare gegevens, wordt uiteindelijk een locatie geselecteerd. Deze zal meestal worden aangeduid door middel van het nummer van een schotpunt van het eer der uitgevoerde seismisch onderzoek. Op zee is dit natuurlijk nooit fysiek terug te vinden en ook op land zal het vaak nodig zijn om het aan de hand van de bere kende coördinaten en gebruik makend van terugvindbare vaste punten uit te zetten. Meestal zijn er ondertussen één of meer jaren verstreken, zodat oplettendheid geboden is voor de eventuele introductie van een nieuw geodetisch datum of voor een hervereffening van de initiële metingen. Op zee moet soms een ander plaatsbepalingssysteem worden gebruikt, of zijn nieuwe ideeën over de voortplantingssnelheid en over het optreden van vaste fouten geïntroduceerd, waarmee terdege rekening moet worden gehouden. Om de boor apparatuur op de geselecteerde locatie te brengen zal voorts een toegangsweg verkend en aangelegd moeten worden en zijn op zee een bodemonderzoek en aanvullende dieptemetingen nodig. Meestal zal de topografische afdeling dit uitvoeren of er een grote bijdrage aan leveren. 5. Productie. Als alle voorgaande stappen succesvol zijn geweest, wordt door aanvullende boringen de grootte van het olieveld bepaald. Blijkt hieruit dat exploitatie economisch verantwoord is, dan wordt besloten tot de bouw van productie faciliteiten. De hoeveelheid werk voor de topografen neemt dan snel toe. Op land is er behoefte aan meer en beter bepaalde vaste pun ten, maar ook aan betere kaarten van het olieveld en de daar bij gebouwde installaties. Meestal wordt hierbij luchtkaarte- ring toegepast. Op zee wordt zo mogelijk een nauwkeuriger plaatsbepalingssysteem in gebruik genomen. Ligt het gebied ver van de kust dan wordt een accoustisch systeem gebruikt voor fundatieonderzoek en constructie. Terrestrische foto- grammetrie wordt gebruikt om zeker te stellen, dat de op 289

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Lustrumboek Snellius | 1980 | | pagina 290