Een astronomische plaatsbepaling of een zonswaarneming wor
den praktisch niet meer toegepast.
De moderne apparatuur (Magnavox, Doppler) geeft de uitgelezen
coördinaten en de geodeet is eigenlijk een "knoppoloog" gewor
den, die - wanneer het systeem werkt - in korte tijd verbluffen
de resultaten kan verkrijgen. Maar oh wee als de techniek hem
in de steek laat: Het zijn allemaal punten, welke bij uitzending
naar het buitenland, in zoTn ontwikkelingsgebied, onder ogen
moeten worden gezien en helaas gaat men tot nu toe te licht
vaardig aan deze problemen voorbij.
3. Persoonlijke ervaringen in het buitenland
Nu verwacht men natuurlijk de bekende verhalen, welke in het
moederland vaak als overdreven en ongeloofwaardig worden aan
gemerkt. Evenals men in Nederland absurde ervaringen in het
geodetisch vak kan hebben, komen de ervaringen in het buiten
land vaak in een ander daglicht te staan, doordat ze zich afspe
len in een wereld, waar een geheel ander denkpatroon wordt ge
hanteerd dan in het land van herkomst. Toch wil ik U enkele
voorvallen niet onthouden.
De zieke landmeter: Bij het bepalen van het tracé van een
weg van enige honderden kmTs verbleef de landmeter met plaat
selijke assistenten in het tropische woud en volgde het tracé op
de voet.
Buiten het meetwerk werden ook alle persoonlijke zaken door
hem geregeld, zoals betaling, aankoop voedsel enz. Het verblijf
duurde soms wel enige maanden en als de grote regentijd kwam
(jaarlijks valt in West Afrika ca. 7.5 m regen) werd het tracé
tijdelijk in de steek gelaten en vond het uitwerken van de meet
gegevens op kantoor in de stad plaats.
Tijdens een van deze boswerkzaamheden kwam er via een mis
sionaris een bericht binnen, dat deze bij zijn inspectietocht een
landmeter had aangetroffen, die volgens hem ernstig ziek was.
Er werd een hulpexpeditie op touw gezet en met een Cessnawerd
de dichtsbijzijnde landingsstrip opgezocht. Na 3 uur vliegen en
5 uur lopen langs een smal weggetje en gekapte tracéTs bereikten
wij zijn onderkomen (een lemen hut). Van verre gaf het licht van
de kerosine lamp aan, dat er leven in de hut was.
Groot was onze verwondering toen we onze oudere collega, ge
zond en wel, achter een Hollandse borrel aantroffen, luisterend
naar zijn op batterijen draaiende grammofoon. Het misverstand
was gauw opgelost.
Toen de bewuste missionaris langs kwam lag hij na een zware
dagtaak heerlijk te slapen en had zijn bediende opdracht gegeven,
dat hij in geen geval gestoord wenste te worden. Om van het hele
351