Het is de lezer duidelijk, dat heer Bogel nog totaal onwetend is
van de stroom van spontane adviezen, die hem in de komende
tijd te wachten zullen staan.
9. Na het bezoek van Bogel enige strips geleden, zijn er in Poel
reigers leven grote veranderingen opgetreden. Vol ijver heeft
hij zich op de mogelijkheden gestort die de Griekenlanddeskun-
dige hem bood. Zijn eerste werk bestond uit het aanschrijven
van instanties, die wel zouden weten wat Griekenlanddeskundig
heid eigenlijk was. Hierop stuurden plichtsgetrouwe werkne
mers Poelreiger folders op die nu eenmaal altijd gestuurd wer
den als er om welke informatie dan ook gevraagd werd. Aan de
ze inlichtingen, alle nutteloos, had Poelreiger niets, zodat hij
besloot de instanties te bestoken met gerichtere vragen. Hier
op bleef echter ieder antwoord uit
Gelukkig had Poelreiger ook nog kontakten weten te leggen met
een gepensioneerde, Griekse scheepsmagnaat, Luwipadopulos
geheten, die in zijn jeugd nog één of ander maatschappijgericht
vak had gestudeerd. Gedurende lange zittingen met deze Luwi
padopulos kreeg Poelreiger inzicht in de grote achterstand die
de faculteit op het gebied van de Griekenlanddeskundigheid had.
Dit had hij ook aan Bogel gemeld, die om wat papier had ge
vraagd t.b.v. een bespreking die hij wilde houden met Bokkema
en Vogel.
Maar het ware inzicht daagde pas bij Poelreiger toen hij in een
populair-wetenschappelijk werkje las, dat men het beste bij het
bestaande kon beginnen. Als ik nu eens opschrijf wat we hier op
onze faculteit al in huis hebben, zo dacht hij, dan blijft er nog
wel iets over dat we nog in huis moeten halen. Na enig denkwerk
had Poelreiger een ganse nota geproduceerd, waaruit bleek dat
384