technieken worden toegepast. Voor de bepaling van de coördinaten op vaste platforms wordt dikwijls gebruik gemaakt van het Doppler satelliet plaatsbepa lingssysteem. Het is snel, betrouwbaar, tamelijk goedkoop en voldoet aan alle nauwkeurigheidseisen, die in de praktijk worden gesteld. Er ontstaan wel enige problemen wanneer Doppler coördinaten naar terrestrische coördinaten moeten worden getransformeerd. Deze transformatie wordt in een aantal stappen gedaan: a. Ruimtelijke transformatie: XYZ (Doppler) XYZ (ED50) b. Transformatie naar ellipsoi'dische coördinaten: XYZ (ED50) X, H c. Transformatie naar UTM coördinaten: X -> Northing, Easting (UTM). a. De eerste stap is een ruimtelijke transformatie met (maximaal) 7 parameters, te weten drie translaties, drie rotaties en schaalfactor: X AXt Y AYt Z AZt ED50 S 1 e e e 1 e —eel X Y Z Doppler Deze transformatieparameters worden bepaald uit gemeenschappelijke punten die in beide systemen bekend zijn. Diverse internationale Doppler campagnes hebben aangetoond dat er tegenspraken van vele meters bestaan tussen de ED50 coördinaten van de omliggende landen aan de Noordzee, maar vooral tussen Noorwegen en Engeland. Dit betekent dat indien bijv. de coördinaten van een punt bepaald worden met behulp van translocatie vanuit Noorwegen en vanuit Engeland, een systematische afwijking van meer dan 5 meter zal worden gevon den. Dit betekent dan ook dat het vrijwel onmogelijk is eenduidige transformatie- parameters vast te stellen en men moet altijd, hoe dan ook, een compromis slui ten. Een dergelijk compromis is bijv. de zogenaamde "Six Nations Agreement" (1980) tussen Groot Brittannié, Ierland, Denemarken, W. Duitsland, Noorwegen en Nederland, waarbij de translatieparameters voor Doppler coördinaten uit Broadcast Ephemeris als volgt werden afgesproken: X 83 m Y 110m Z 118 m 100 1 z y Z X y x

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Lustrumboek Snellius | 1985 | | pagina 103