In "Steden veranderen" laat Smook zien hoe allerlei externe invloeden, met
name de aanleg van de spoorwegen en van de stations vlak tegen de oude stads
centra aan, het beeld van de oude steden hebben gewijzigd. Hij laat zien hoe ook
de structuur van de steden daardoor is veranderd, hoe zwaartepunten zijn ver
schoven en nieuwe ontwikkelingen op gang zijn gebracht. Ieder die Utrecht kent
weet ook hoe groot de invloed van Hoogh Catherijne is op de stad als geheel.
En, iets verder terug in de historie, het is moeilijk zich een voorstelling te maken
van Amsterdam als het Centraal Station niet aan het IJ was gesitueerd, maar op
de plaats waar nu het Vondelpark ligt. Toch is dat een serieus alternatief geweest.
Steden veranderen, maar toch overheerst de verbazing over wat blijft. De oude
stad van Utrecht is juist door Hoogh Catherijne nieuw leven ingeblazen (terwijl
het oude leven van de universiteit eruit weggezogen werd), maar de structuur, de
straten, veel van de gebouwen: het is allemaal gebleven. De Nieuwe Gracht en
Kromme Nieuwe Gracht, Domplein en Pieterskerkhof: zij zijn er nog steeds, en
de nieuwe bebouwing aan de Springweg en andere delen van de oude stad tasten
deze oudere standvastige structuur slechts in bescheiden mate aan.
Veel wordt gesproken over de voortdurende dynamiek van steden.
Het is dan goed zich deze standvastigheid van steden tegelijkertijd voor ogen te
halen.
Maar dit neemt niet weg dat er veel verandert, veel in beweging is in onze steden,
en dat van de bestaande steden een groot aanpassingsvermogen wordt gevraagd
om niet ten onder te gaan in de constante stroom van vernieuwing.
De dynamiek van de stad wordt juist getypeerd door de combinatie van vrij starre,
in ieder geval standvastige structuren en snelle veranderingen in de economische
en sociale processen die zich er af spelen.
Het is mogelijk dit systematisch te beschrijven en het zou een belangrijk thema
zijn voor een proefschrift of althans een diepergravende studie dan dit artikel kan
zijn. Ik wil hier dan ook volstaan met een impressie, sterk gebaseerd op de ont
wikkelingen in de Nederlandse steden.
Mijn impressie is dat er verschillende ritmes zijn te onderscheiden in de verande
ringen die zich in de steden afspelen. Ik noem er drie (er zijn er veel meer!):
In de eerste plaats is er de hoofdstructuur van de stad zoals deze tot uitdrukking
Rutgcr I'. Smook, "Steden veranderen", Walburgpers, 1984.
119