Prof. Ir. G.F. Witt als voorzitter en ondergetekende als lid hadden daarin zitting vertegenwoordigers van de verschillende verenigingen van leidingbeheerders, ge meenten en gemeentewerken en de Dienst van het Kadaster en de Openbare Re gisters. Nog datzelfde jaar werden de ideeën van de studiecommissie nader uitge werkt in een door de staatssecretaris van Financiën ingestelde werkgroep, die hem op 29 december 1971 een compleet wetsontwerp met memorie van toelich ting als bijlage bij'haar rapport aanbood12). Sindsdien werd van jaar tot jaar de voorgenomen indiening van het wetsontwerp bij de Tweede Kamer aangekondigd. De vertraging kan niet alleen verklaard worden uit het feit dat de gemeenten ook hun aandeel in de registratie wilden kunnen leveren. Hieraan is in het ontwerp voldaan, maar voor het overige verschilt het weinig van het voorontwerp. Men kan zelfs zeggen dat deze wet goeddeels in het Laboratorium voor Geodesie is ontworpen; Mevr. Ir. E.C.C. Blitz, thans hoofd van het grondbedrijf in Den Haag, heeft hierin een werkzaam aandeel gehad. Inmiddels is echter van de zijde van de leigingbeheerders ernstige kritiek op het ontwerp geuit13) en hebben deze zelf getracht in een informatiesysteem omtrent de ligging van leidingen te voorzien. Eerst echter iets over de opzet van het ont werp. Opzet Kort gezegd komt het er op neer, dat de Dienst van het Kadaster en de Openbare Registers per bij AMVB te bepalen oppervlakte-eenheid (bijv. een vierkante kilo meter) de namen en informatie- en correspondentie-adressen gaat registreren van de leidingbeheerders. De Minister van VROM kan op verzoek ook gemeenten toestemming verlenen om naast de Dienst zo'n registratie te houden. In dat geval moeten kadaster en gemeente elkaar over en weer de nodige gegevens verstrekken (art. 2). De leidingbeheerder is volgens art. 3 verplicht aan beide instellingen op gave te doen van de nodige gegevens en voor de registratie daarvan een bepaald bedrag te betalen. Kadaster of gemeente verstrekken aan ieder die daarom vraagt gegevens uit de bedoelde registratie (art. 5). De leidingbeheerder is bovendien, afgezien van geheime leidingen (art. 7), verplicht gegevens omtrent de ligging van de leidingen te verstrekken aan uitvoerders of ontwerpers van werken of werk zaamheden in het betrokken gebied en voor de juistheid en volledigheid daarvan in te staan (art. 6). Deze garantieplicht wordt pas vijfjaar en de informatieplicht één jaar na de inwerkingtreding van de wet ingevoerd (art. 11). Staat en gemeen te zijn aansprakelijk voor de registratie en gegevensverstrekking (art. 8). 142

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Lustrumboek Snellius | 1985 | | pagina 145