Kritiek
De kritiek van de kant van leidingbeheerders houdt vooral in, dat het wetsont
werp niet meer nodig zou zijn, wanneer het door hen zelf in enkele provincies
ontwikkelde Kabels en Leidingen Informatie Centrum (KLIC) tot het hele land
zou worden uitgebreid. Hierbij worden voorgenomen graafwerkzaamheden aan
een centraal adres gemeld, vanwaaruit de aangesloten leidingbeheerders uit het
betrokken gebied worden gewaarschuwd. Deze kunnen dan zelf contact opne
men met de opdrachtgever of uitvoerder en hem zo nodig de leiding ter plaatse
aanwijzen. Wel zou men graag een verplichte aansluiting hebben voor alle leiding
beheerders en een wettelijke verplichting onder strafsanctie tot informatie-inwin
ning voor opdrachtgevers en uitvoerders van werken. Een dergelijke verplichting
ontbreekt nu juist in het wetsontwerp. Verder zien de leidingbeheerders erg op
tegen de kosten en de aansprakelijkheid. Het wil mij voorkomen, dat het wets
ontwerp best in hun richting zou kunnen worden omgebogen door inderdaad
informatie-inwinning tegen betaling van de kosten verplicht te stellen.
5. Wet op de Ruimtelijke Ordening
Geodetisch-juridische aspecten
Over de Wet op de Ruimtelijke Ordening wil ik in dit verband kort zijn. De geo-
detisch-juridische aspecten hebben vooral betrekking op de bindende werking
van bestemmingsplankaarten, hoewel het opvallend is, dat een hoogleraar in de
streekplanologie ook geodeet is14). Dezelfde overigens die destijds bij de Rijks
planologische Dienst in belangrijke mate heeft meegewerkt aan de theoretische
onderbouw van de planologische kernbeslissingen15). Inmiddels lijkt het er op,
dat deze pkb's overeenkomstig een mijnerzijds gedaan voorstel zodanig zullen
worden geregeld dat zowel Eerste als Tweede Kamer een goedkeuringsrecht
krijgen16).
Overigens is zulks op dit moment nog wel afhankelijk van wat de regering in het
najaar zal besluiten omtrent een eventuele regeling van de operationele gebieds-
aanwijzing17). Volgens mijn Delftse collega Wessel zou deze tot mijn troetelkin
deren behoren18). Hoe dat zij, het is een bij uitstek geodetisch-juridische figuur
(plaatsbepaling in juridische zin), waarbij een tracé of gebied wordt aangewezen
voor inrichting of beheer onder gelijktijdige beschikbaarstelling van ruimte en
geld. Opneming van het gebied op de bestemmingsplankaart is er het gevolg van.
Bij de tracébepaling van wegen, spoorwegen, kanalen, buisleidingen enz. zijn geo
deten trouwens ook in technische zin betrokken, even goed als bij de begrenzing
143