10. Wet agrarisch grondverkeer
Invoering
De wet agrarisch grondverkeer is de laatste van de grondpolitieke drieling uit het
mislukte huwelijk tussen PvdA en CDA, die om aandacht vraagt. Deze wet bestaat
uit drie delen, waarvan er slechts één is ingevoerd, namelijk het organisatorische
deel betrekking hebbend op het Bureau beheer landbouwgronden (BBL) als pu
bliekrechtelijk opvolger van de gelijknamige stichting (SBL). Niet ingevoerd zijn
nog de landbouwkundige toetsing van vervreemdingsovereenkomsten door de
grondkamers en de regeling van het voorkeursrecht van het BBL. Dit laatste zal
mede in samenhang met de Landinrichtingswet en de toekomstige Wet beheer
landbouwgronden, ongetwijfeld een keer gebeuren. Met name voor de aankoop
van gronden in landinrichtings- en reservaatsgebieden zal het voorkeursrecht een
nuttige functie kunnen vervullen. Hetzelfde geldt voor bufferzones, natuurgebie
den en allerlei andere gebieden waar aankoop van overheidswege of ten behoeve
van natuurbeschermingsorganisaties nodig is. De regeling stemt inhoudelijk over
een met die van het gemeentelijk voorkeursrecht32).
Toetsing
De landbouwkundige toetsing van vervreemdingsovereenkomsten is een geheel
andere zaak. In een bespreking van een hieraan gewijd proefschrift33) heb ik al
opgemerkt, dat deze als methode van prijsbeheersing van landbouwgronden wel
erg indirect werkt, omdat zij alleen het allocatiemechanisme van de grondmarkt
hanteert en niet het prijsmechanisme. Door een beperking van het aantal kopers
die voor verwerving in aanmerking komen hoopt men ook de prijs te drukken.
Zelf heb ik destijds deze methode aanbevolen, niet omdat ik er alles van ver
wachtte, maar omdat na de val van het kabinet-Den Uyl geen andere methode
haalbaar was. Met name niet die van directe prijsbeheersing, al dan niet in com
binatie met toewijzing door de grondkamer34). Misschien komt de zaak bij een
volgende kabinetsformatie opnieuw aan de orde. Hopelijk niet in 1989, zoals
noot 28 doet verwachten.
Wet beheer landbouwgronden
Relatienotabeleid
Meer perspectief lijkt weggelegd voor de Wet beheer landbouwgronden, als toe
komstige opvolger van de Beschikking beheersovereenkomsten 1983.
150