De reeds ingezette verbazingwekkende ontwikkeling van radioplaatsbepalingssys- temen met behulp van meerdere zich boven de horizon bevindende satellieten (GPS, NAVSAT, GLONOS) zal doorzetten tot ver in de jaren negentig. Deze veelbelovende systemen zullen echter de concurrentie van de laserafstandmeting niet van zich kunnen afschudden. Een vierde generatie laserafstandmeetsystemen zal door gebruikmaking van twee kleuren technieken en geavanceerde detectie- technieken de meetprecisie tot het millimeterniveau terugdringen. De toepassing van derde en vierde generatie lasertechnieken in de "airborne" dan wel "space- borne" configuratie moeten op den duur zeer kostenbesparend werken. Wanneer de laser een hoge mate van ruimtewaardigheid (lange levensduur, weinig onder houd) heeft bereikt, kan door de aanmeting van niet coöperatieve doelen (simpele reflectoren in plaats van actieve transponders) vanuit vliegtuig en/of satellieten grote gebieden in relatief korte tijd worden opgemeten. Voor de fotogrammetri- sche puntsbepaling kan een meevliegende laser zowel de terrestrische paspuntbe- paling als de projectiecentrumbepaling voor zijn rekening nemen. De eenvoudige bijvoorbeeld bovenop lantaarnpalen bevestigde reflectortjes vervangen niet alleen de paspuntschijven maar kunnen ook dienst doen als basis voor elk land- of stad- informatie systeem voor vastgoed registratie. De toepasbaarheid van deze lucht- danwel ruimtelasertechnieken voor geofysische doeleinden laat zich gemakkelijk raden: uitgestrekte met reflectoren bezaaide gebieden kunnen in een oogwenk vanuit de lucht of ruimte worden bemeten. De gewenste frequentie van genoemde metingen is veelal zodanig dat bewolking geen echt belemmerende factor behoeft te vormen. De radiofrequentiesystemen daarentegen zullen hun bestaansrecht blijven ontle nen vanuit de navigatie. De ontwikkeling van lasertechnieken zeker in zijn digita le toepassing is voor de komende decennia nog lang niet uitgeput. Daarbij hoeft men alleen maar te denken aan de miljoenen bits van informatie die het netvlies van een op de grote weg rijdende automobilist vele malen per seconde treffen. De ontwikkeling van optische scanningstechnieken en de bijbehorende digitale gegevensverwerking staat, vergeleken met het oog en de oogzenuw, nog in de kin derschoenen. Met betrekking tot de gezonde rivaliteit tussen de radio- en laserplaatsbepalings systemen zou ik tot slot willen opmerken: VLIEGTUIGEN VLIEGEN DOOR WOLKEN, VOGELS HEBBEN OGEN 228

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Lustrumboek Snellius | 1985 | | pagina 231