BEWEGING EN STILSTAND
Enige beschouwingen in verband met de geschiedenis
van het waterpassen
H.C. Pouls
Voortdurend in beweging
Een thema "voortdurend in beweging" geeft in onze tijd, met zijn voortdurende
veranderingen op allerlei terreinen, maatschappelijk, politiek, kerkelijk, enz.,
gelegenheid tot alle mogelijke beschouwingen. Betreft dit thema echter een
lustrumboek van GEODETISCHE studenten dan komt onmiddellijk de vraag naar
voren: Hoe kan een beweging geconstateerd worden? Het antwoord lijkt simpel
n.l. door vergelijking met iets dat niet beweegt. Dit antwoord brengt ons echter
in een soort wetenschappelijke kip-ei situatie en wel bij de vraag hoe bepaal je of
iets niet beweegt? Is dit laatste niet mogelijk dan belanden we in een soort para
dox n.l. als niet bepaald kan worden dat iets niet beweegt, hoe kan dan wèl vast
gesteld worden dat iets beweegt?
In ons land wordt men heel direct met dit probleem geconfronteerd bij het wa
terpassen. Dit waterpassen heeft altijd een aparte positie ingenomen binnen het
gehele gebied van de geodesie. Ondanks het feit dat het aardoppervlak drie
dimensioneel is, is van oudsher de bepaling van de Z-richting een gescheiden
operatie geweest. Dit komt al tot uitdrukking in de vele landmeetkundeboeken,
die in de loop der jaren verschenen zijn met de titel "Landmeten en waterpassen".
Dit begon al met het boek van Schols in 1878 en loopt via de boeken van Zwiers
(1904), Buijsman (1910), De Vos (1936), Muller en Scheffer (1948) en andere
29