HET KLEINSTE KWADRAATJE Hedwig Verhoef Er was eens een heel klein kwadraatje, het kleinste kwadraatje ter wereld. Hij leefde onder het sneeuwdek van de Noordpool, omringd door de fraaiste kristallen die je je kunt voorstellen, 's Zomers zwom hij in de poeltjes die door de zonnestralen in het sneeuwdek gebrand werden, 's winters schaatste hij over de ijspegeltjes. Hij voelde zich daar volmaakt gelukkig. Op een kwade dag echter werd de rust wreed verstoord door twee mannen. Het kwadraatje had eerst niet eens in de gaten, dat ze ergens naar op zoek waren, tot dat een van de twee verheugd opsprong en met een grote dikke vinger naar hem wees. Toen de ander door een grote loep naar hem keek begreep hij, dat ze op zoek waren naar hem! In paniek vluchtte hij weg, zo snel zijn beentjes hem kon den dragen, maar natuurlijk kon hij de mannen niet vóór blijven. Ze grepen hem vast en bekeken hem van alle kanten. Ze zetten hem tegen een klein maatlatje en kwamen verheugd tot de ontdekking, dat hij echt het kleinste kwadraatje was. Voorzichtig bonden ze hem vast en hij verdween in de jaszak van de man die hem het eerst had gezien. Toen begon een lange, donkere reis. Tegen de tijd dat het kwadraatje bijna dacht te zullen stikken werd hij gelukkig uit de jas gehaald en hij zag, dat ze in een scha mele houten hut waren aangekomen. De twee mannen hadden hier tijdens hun 395

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Lustrumboek Snellius | 1985 | | pagina 398