van een eigen opleiding van het bedrijf of HTS-ingenieurs. Geen van de onder vraagde bedrijven zal op dit moment onderscheid tussen de vier- en vijfjarige opleiding maken, de persoon in kwestie is belangrijker. Afgezien van modernere technieken op het gebied van plaatsbepaling en remote- sensing, zien de geïnterviewden geen nieuwe ontwikkelingen op het werkgelegen- heidsgebied van de geodeet. Men ziet dus geen echt nieuwe arbeidsmarkt, de bedrijven zelf kunnen nog wel geodeten gebruiken, maar zijn beperkt door hun budget. Alle instellingen vinden een stage in de studie bepaald nuttig, ook als het een korte stage is, zoals in het nieuwe studieprogramma. Echt onderzoek doen is er dan niet bij. Men zou ten aanzien van het studieprogramma graag zien, dat meer aandacht wordt besteed aan bestuurskunde en management. Bij de telefonische gesprekken kwam nog een veld van concurrenten naar voren, nl. economen, juris ten, bestuurskundigen, planologen en geografen. In het algemeen kunnen we dus de volgende conclusies trekken: De betrokken instellingen vormen een oude en redelijk stabiele werkgever voor geodeten. Ook in de toekomst zal dit zo blijven, maar veel uitbreiding van de werkgelegenheid moet men niet verwachten. Vooral studenten uit richting één kunnen bij deze instellingen terecht, hoewel studenten uit richting twee ook nodig zijn. Het belangrijkst blijven de persoonlijke kwaliteiten van de betrokken student, de afstudeerrichting is evenals de gevolgde opleiding (vier- of vijfjarig program ma) minder belangrijk. Meer aandacht voor zaken als management, kostenaspecten en bestuurskunde is gewenst. 2FOnderwijs en onderzoek In het onderwijs buiten de Technische Hogeschool werken erg weinig geodeten. In dit onderzoek werden twee HTS-en, twee middelbare scholen en het Cartog- grafisch Instituut van de universiteit van Utrecht bezocht. Aan de meeste van deze instellingen werkt slechts één geodeet, die veelal werk zaamheden verricht, waarvoor de opleiding geodesie niet strikt noodzakelijk is. Op de HTS prefereert men een HTS-er als leraar boven een geodeet aangezien een HTS-er goedkoper is en het voor het werk niet nodig is geodeet te zijn. In het algemeen worden aan de sollicitanten geen speciale eisen met betrekking tot de studie gesteld. Tussen het oude en nieuwe studieprogramma zal geen on derscheid gemaakt worden. Wel moet men een cursus didactiek gevolgd hebben en wordt ervaring in de praktijk op prijs gesteld. Het belangrijkste is echter de persoonlijkheid van de sollicitant. 60

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Lustrumboek Snellius | 1985 | | pagina 63