en tevens zal er dan onderzoek kunnen worden verricht, betaald door de we reldbank. - Het geld, dat door de wereldbank beschikbaar wordt gesteld zou een gunstig effect op de afdeling Geodesie kunnen hebben en wel met betrekking tot bij voorbeeld de apparatuur en de informatie. 2H: De banenmarkt Op de afdeling der Elektrotechniek wordt sinds enige jaren, twee keer per jaar, een banenmarkt (zij noemen het een wervingsdag) gehouden. Wij hebben onder zocht of iets dergelijks voor de afdeling Geodesie ook zinvol zou zijn. Hoe gaat men op Elektrotechniek te werk? Ruim van te voren wordt een zestigtal bedrijven gevraagd of ze aan de wervings dag mee willen doen. Een handje vol grote bedrijven heeft ieder half jaar wel een of meer vacatures. Bij de kleine bedrijven is dit uiteraard niet het geval, zodat steeds andere kleine bedrijven moeten worden aangeschreven. Uit ervaring blijkt, dat voor een redelijk verloop van de banenmarkt minimaal twaalf deelnemende bedrijven nodig zijn. Op Elektrotechniek is dit nog iedere keer gelukt. Dat dit echter niet zo eenvoudig is, blijkt uit het feit, dat Civiele Techniek (dat ook graag een banenmarkt zou opzetten) van honderd aangeschre ven bedrijven slechts twee positieve reacties kreeg. Aan de banenmarkt op Elektrotechniek wordt gemiddeld door zo'n 75 studenten deelgenomen. Hierbij zitten ook enkele studenten van de afdeling Wiskunde en Informatica. Twintig afstudeerders per jaar (zoals op Geodesie het geval is) is volgens de organisator op Elektrotechniek te weinig voor een banenmarkt. Sa menwerking met Civiele Techniek en/of Bouwkunde is voor Geodesie dus een vereiste wanneer men iets dergelijks wil opzetten. Voor de wervingsdag worden aan de bedrijven de curricula vitae van de belang stellende studenten toegezonden. De bedrijven wordt daarbij dringend verzocht niet voor de banenmarkt al contact op te nemen met in hun ogen geschikte kan didaten. Enkele dagen voor de banenmarkt krijgen de bedrijven de gelegenheid zich op de afdeling te presenteren, zodat de studenten hier en daar al wat nadere informatie over de bedrijven kunnen inwinnen. Met deze voortijdige wederzijdse kennismaking (curriculum vita en de bedrijvenpresentatie) is tijdsbesparing op de wervingsdag zelf beoogd. Op die dag krijgt een deelnemer 20 minuten de tijd om met een bedrijf te spreken. Hoewel een enkel gesprek al op dezelfde dag tot een baan heeft geleid, heeft het merendeel van de gesprekken een oriënterend karak ter. Verdere contacten moeten eigen initiatief van het bedrijf of de student zijn. Hoeveel studenten nu naar aanleiding van de banenmarkt ook daadwerkelijk een baan hebben gekregen is niet bekend. Een enquête hierover zal nog gehouden 63

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Lustrumboek Snellius | 1985 | | pagina 66