THEORETISCHE ASPECTEN VAN DE DRIE-DIMENSIONALE
KARTOGRAFIE
Dr. M J. Kraak
Inleiding
In de kartografie is een toename in het gebruik van drie-dimensionale kaarten
waar te nemen. Dit komt door ontwikkelingen in computertechnologie, computer
graphics en de computerkartografie. Een van de specifieke ontwikkelingen in de
computerkartografie betreft de interesse in (nieuwe) kartografische produkten,
zoals de drie-dimensionale kaart. Nieuw staat hier tussen haakjes omdat drie
dimensionale kaarten voorheen ook wel gemaakt werden, maar het gebruik van
de computer bij de produktie van deze kaarten biedt een aantal nieuwe opties.
De overige ontwikkelingen in de computerkartografie hebben betrekking op de
automatisering van het topografische karteringsproces, de produktie en het
gebruik van thematisch-kartografische software, de geografische informatie
systemen en de ontwikkeling van kartografische kennissystemen.
In specifieke toepassingen kan het gebruik van drie-dimensionale kaarten zeer
effectief zijn in de verduidelijking van ruimtelijke relaties. Zo kan bijvoorbeeld
een digitaal terreinmodel een verhelderend inzicht geven in de vormen van het
aardoppervlak. Gebruik makend van de mogelijkheid om in een interactieve
omgeving de positie van het terreinmodel ten opzichte van de waarnemer te
wijzigen, kan de soms moeilijke interpretatie van hoogtelijnen op een
topografische kaart voorkomen worden. Bovendien kan de hoogteïnformatie
gecombineerd worden met bijvoorbeeld grondgebruiksinformatie. Op een
stedelijke schaalniveau kunnen drie-dimensionale kaarten behulpzaam zijn bij het
werk van architecten en planners.
Een ander voorbeeld van het gebruik van drie-dimensionale kaarten is de prisma-
kaart, het getrapt ruimtelijk model, oorspronkelijk gebruikt voor de classificatie
121