meer te kunnen bemalen; we praten hier echter over een benodigde pompcapaciteit van 300 miljoen kubieke meter per dag; dit is 10 maal meer dan het grootste pomp-station dat we nu hebben in Nederland! c. het verminderen van de inlaat van water op de rivier de IJssel, zodat er uiteindelijk minder water in het IJsselmeer terecht komt; de Rijn moet dan via de Nieuwe Waterweg meer afvoeren en dat betekent natuurlijk daar weer dijkverzwaring. Zo bevindt Nederland zich net als Odysseus haast letterlijk tussen de water goden Scylla en Charibdis! Er zijn echter ook positieve effecten te signaleren. Zo besteedt het Nederlands Instituut voor het Onderzoek der Zee (NIOZ) te Texel veel aandacht aan de invloed van klimatologische veranderingen op de Waddenzee [5]. Wat zij tot dusverre gemerkt hebben, is dat - dankzij de zachte winters van de laatste jaren - het totaal aantal dieren (kreeften, mosselen, vissen,...) niet veel veranderd is, maar dat er nu wel iets meer soorten voorkomen, en dat bovendien de populatie wat stabieler is, omdat deze in de winter niet zo'n grote terugslag krijgt als gevolg van kouder en zelfs bevroren water. Mocht door de klimaatverandering de gemiddelde temperatuur hier ongeveer 2 graden Celsius stijgen, dan wordt de Waddenzee vergelijkbaar met het Seine-estuarium, waar nu zo'n 25% meer soorten voorkomen dan in de Waddenzee! Deze extra soorten zullen zich bij zo'n temperatuurstijging ook in de Waddenzee kunnen vestigen, "hink-stap springend" via alle riviermondin gen of door mee te reizen gekleefd aan de kiel van een kustvaarder. Let op dat landdieren niet zo mobiel zijn en bij 2 graden temperatuurstijging last krijgen van verdroging van hun drinkplaatsen en hierdoor kunnen uitsterven! Zeespiegelrijzing heeft uiteraard tot gevolg dat de Waddenzee minder droog valt. De vissen krijgen daarmee meer tijd om bodemdiertjes te eten. Boven dien is het water warmer door de klimaatverandering, waardoor de (koudbloe dige!) vissen toch al sneller groeien. Dit betekent dat er meer vis in de Waddenzee komt. Een analoge redenering geldt voor de kreeftachtigen. De stap van meer kreeftjes en vissen naar de trekvogels is nu snel gemaakt: op weg van de Middellandse Zee naar het Noorden strijken de trekvogels voor een periode van ongeveer een maand neer in het Waddengebied om bij te eten. De Waddenzee is het enige gebied in Europa dat zulke grote aantallen vogels de mogelijkheid biedt van zo'n tussenstop. Wetenschappelijk onderzoek heeft al de relatie gelegd tussen de beschikbare hoeveelheid eten (biomassa) gedurende hun verblijf in de Waddenzee en de hoeveelheid eieren die de vogels in het broedseizoen leggen in Scandinavië. 255

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Lustrumboek Snellius | 1990 | | pagina 278