vernieuwingsgemeenten gestuurd. In overleg tussen de Vereniging van Neder landse Gemeenten (V.N.G.) en deze gemeenten wordt besloten dat zeven gemeenten in samenwerking met de V.N.G. een nadere analyse van het voorstel maken en een commentaar voorbereiden. Uiteindelijk lukt het niet om een una nieme reactie te geven en wordt een reactie gegeven namens 22 gemeenten. Het advies is negatief. Uit de literatuurde vaktijdschriften en de signalen vanuit de dagelijkse gemeentelijke praktijk zoals die de afgelopen jaren over stedelijke herverkaveling tot ons zijn gekomenvalt niet de conclusie te trekken dat stedelijke herverkaveling het meest gewenste antwoord biedt op de problemen Samenvattend komen wij tot het oordeel dat de goede elementen die in het gepresenteerde voorontwerp zitten, opgepakt dienen te worden. Deze elementen zouden dan zodanig bewerkt kunnen worden dat opname in reeds bestaande wetgeving mogelijk is. Wij denken hierbij aan de Onteigeningswet en de Woningwet Alleen de gemeente 's-Gravenhage neemt een afwijkend standpunt in ten opzichte van de V.N.G. reactie. In een afzonderlijke brief aan de staatssecre taris stelt ze: "...Wij zijn van mening dat het voorliggende voorontwerp, mits zodanig aangepast dat een eenvoudige, flexibele en duidelijke toepassing mogelijk is, als zeer waardevol moet worden aangemerkt, waarvan wij de toepassing positief tegemoet zien...6" Vanuit het ministerie wordt de conclusie getrokken dat de wetswijziging voorlopig van de baan is. Wel is er aanleiding tot mogelijk verder onderzoek. Accenten wettelijke regeling Hoe ziet de wettelijke regeling zoals door De Haan voorgesteld er precies uit? Het voert te ver om het voorontwerp hier volledig te behandelen; daarom zullen slechts enkele hoofdlijnen worden weergegeven. De Haan verstaat onder stedelijke herverkaveling: "...een zodanige samenvoeging verkaveling en verdeling van onroerende goederen binnen een daartoe bij stadsvernieuwingsplan aangewezen gebied, dat een doelmatige en gecoördineerde uitvoering van dit plan mogelijk wordt.1" De toepassingsterreinen variëren daarmee, met als ene uiterste totale sloop- /nieuwbouw van een gebied en als andere uiterste realisatie van een beheeror ganisatie8. 300

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Lustrumboek Snellius | 1990 | | pagina 323