participanten vrijheid in planvorming. Bij de goedkeuring kunnen voorwaarden worden gesteld aan het functioneren. Sanierungsgemeinschaft B.R.D. In de B.R.D. was in het Stadtebauförderungsgesetz (een bijzondere wet voor de stadsvernieuwing en stadsontwikkeling uit 1971) een regeling opgenomen voor een zogeheten Sanierungsgemeinschaft. Bij de samenvoeging van het Stadtebau förderungsgesetz met het Bundesbaugesetz (1987) is de regeling echter uit de wet verdwenen. Een Sanierungsgemeinschaft is een samenwerkingsverband tussen grondei genaren, huurders, pachters, andere rechthebbenden en mogelijke derden in een stadsvernieuwingsgebied. Doel van de samenwerking is de gezamenlijke uitvoering van een stadsvernieuwingsingreep. Het samenwerkingsverband moet door de overheid erkend worden. De nadere detaillering van deze Sanierungs gemeinschaft is in een Ausführungsgesetz geregeld. Door het subsidiesysteem van de centrale overheid voor stadsvernieuwing is deze vorm maar zelden toegepast. De kosten van de organisatie bij de Sanierung komen slechts in aanmerking voor subsidie indien de uitvoering wordt gevoerd door een Sanierungstrager. De uitvoering door een Sanierungsgemeinschaft was daarom voor de gemeente niet erg aantrekkelijk. praktijkmogelijkheden De A.F.U. werd tot voor kort niet veel in de stadsvernieuwing toegepast. De beschreven wijzigingen in de wetgeving die hebben plaats gevonden (1985) beogen een nieuwe impuls te geven aan het gebruik van de A.F.U. en deze uit het experimenteerstadium te halen. Anders dan in de Nederlandse ideeën over stedelijke herverkaveling worden alleen de eigenaren in het samenwerkingsver band betrokken. Ook is de procedure niet nader geregeld en is er geen speciale regeling met het oog op het beheer (bijvoorbeeld het aanbrengen van verande ringen in de rechtsverhoudingen). Toch lijkt het model een aantal interessante aanknopingspunten te bieden, bijvoorbeeld voor de aanpak van de particuliere woningverbetering in Nederland. De Duitse Sanierungsgemeinschaft is enigszins te vergelijken met de Neder landse plannen voor een stadsvernieuwingscorporatie, die bestonden rondom de discussie over de invoering van de Wet op de stads- en dorpsvernieuwing. Er is echter ook in de B.R.D. zeer weinig ervaring mee opgedaan. Accent op wijkgerichte zelfstandige uitvoerder Als derde kenmerk van stedelijke herverkaveling wordt min of meer zelfstan dige wijkgerichte uitvoering onderscheiden. Verschil met de meer traditionele 306

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Lustrumboek Snellius | 1990 | | pagina 329