spreken elkaar tegen, wat moeten we nu doen?"; - de studenten hebben in het eerstejaars zomerkamp voornamelijk polygonen als grondslag toegepast. In het tweede jaar krijgen ze de opdracht gebruik te maken van alle voorkomende soorten figuren: driehoeken, ruitvormen (de oude vrije opstelling), kringen, polygonen enzovoorts en dat alles binnen een bepaalde precisie (die van de GBKN) en betrouwbaarheid en met een tweefasen vereffening. Door opgedane ervaring in het eerstejaars zomerkamp willen ze maar al te graag weer polygonen toepassen. Daardoor laten veel studenten het tweedejaars zomerkamp te veel op het eerste jaar lijken. Het kost de begeleiders dan ook veel moite om andere, vaak efficiëntere oplossingen toe te laten passen, of oplossingen die beter zijn voor de precisie en etrouwbaarheid. Het gevolg is dat het tweedejaars zomerkamp wordt ervaren met veel minder nieuwighe den dan het zomerkamp in het eerste of het derde jaar. Ook het argument van "tien huizen en één straat" wordt geloochenstraft door de studenten zelf die in de laatste week van het zomerkamp steevast blijven discussiëren over de inhoud van de GBKN (en zelfs tot een jaar later bij de uitwerking). produktie in het veld Samen met de geleidelijke invoering van de projectmatige aanpak van het tweedejaars zomerkamp is ook de mate van automatisering een groot verschil met de vroegere zomerkampen. En aan die ommezwaai van de inhoud van het tweedejaars zomerkamp is vooralsnog geen einde gekomen. Doel is om de berekening van het gemetene en de Geodesie wereldwijd 98

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Lustrumboek Snellius | 1995 | | pagina 121