L.G. SNELLIUS Het lustrumbestuur Snellius bereikt in november 1995 de zeer respectabele leeftijd van 55 jaar. Op deze leeftijd is het gebruikelijk dat je veel dingen hebt meegemaakt. Zo ook Snellius. Voorbeelden hiervan zijn de Tweede Wereldoorlog, verhuizing naar het nieuwe gebouw, de zomerkampen, zeer wisselende studentenaantallen en last but not least: alle onderwijs- perikelen. Ik zou aan een lustrumboek van circa 450 bladzijden nog niet genoeg hebben om alle onderwijszaken van de afgelopen 55 jaar aan de orde te laten komen. Daarom volsta ik door de huidige situatie voor geodesiestudenten weer te geven. Op dit moment lopen er op de faculteit vier studieprogramma's. Verder geldt er een zogenaamde temponorm, wat inhoudt dat minimaal de helft van het aantal studiepunten behaald dient te worden. De basisbeurs loopt per jaar behoorlijk terug. Het financieel afhankelijk zijn van je ouders wordt groter. Dat dit studeren weer elitairder maakt moge duidelijk zijn. Het reizen met de OV-jaarkaart is er na de differentiatie tussen week en weekend kaart niet bepaald aantrekkelijker op geworden. Te vrezen valt dat de kaart over een aantal jaar geheel niet meer bestaat. Het aantal eerstejaars studenten is erg laag. Aantallen boven de vijfentwintig zijn een zeldzaamheid. Op dit punt aangekomen, moet U vooral verder lezen, want na deze sombere opsomming zal ik trachten te bewijzen dat Snellius reden genoeg heeft een feestje te vieren. Op het gebied van onderwijs behartigt Snellius uitstekend de belangen voor de studenten. Samen met de faculteit proberen we maatregelen uit Den Haag zo goed mogelijk in te voeren voor studenten. Snellius biedt studenten de uitgelezen mogelijkheid om nuttig commissie- en bestuurswerk te doen. Tevens behartigen we niet alleen de onderwij sbelangen, nee ook zorgt Snellius voor de nodige gezelligheid. Door middel van barren, feesten, sportactiviteiten excursies en nog veel meer wordt dit doel bereikt. Vanaf dit jaar krijgen de bestuursleden van Snellius een bestuursbeurs. Dit impliceert dat de bestuursleden veel meer tijd aan Snellius kunnen besteden. Contacten met buitenlandse geodesiestudenten worden geïntensiveerd. Afgezien van het feit dat dit erg gezellig is, is informatie over buitenlandse studieprogramma's erg nuttig. xv Voorwoord

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Lustrumboek Snellius | 1995 | | pagina 17