pijpleidingtracé door een gebergte. Posities van boorkelders worden vastgelegd en in een database opgeslagen. Met het oog op het milieu is met name een goede inventaris van de pijpleidingen noodzakelijk. De metingen resulteren uiteindelijk in CAD of GIS bestanden. Leidingen die op de zeebodem liggen worden aan een periodieke inspectie onderworpen middels sonar opnamen en soms videobeelden, gebruikmakend van een onbemande duikboot. De bedekking van de leiding wordt verder gecontroleerd met akoestische profilers. Bodemdaling ten gevolge van olie- of gasonttrekking is een fenomeen dat, wanneer het significante vormen aanneemt, zorgvuldig gemeten moet worden. Op land is waterpassing veelal de aangewezen methode, doch ook hier doet GPS zijn intrede. Deze laatste methode wordt, naast andere, ook gebruikt om zakkingen van offshore platforms te kunnen detecteren. Het zij echter vermeld dat er waarschijnlijk geen veld in de wereld te vinden is waarvan de bodemdaling zo minutieus gemeten wordt als Groningen. Data Beheer en Geografische Informatie Systemen In een recente interne studie kwam naar voren dat van alle datatypen die binnen de processen van exploratie en produktie worden geraadpleegd, het de coördinaten zijn die het meest frequent worden uitgelezen (d.w.z. vaker dan putgegevens, seismische data, enz.). Hoewel het belang van deze ontdekking enigszins gerelativeerd moet worden (een Geodesie wereldwijd Thailand 1987: In de fuik Het belangrijkste probleem voor het uitvoeren van seismiek en zeebodem surveys in een concessie in de Golf van Thailand werd gevormd door de grote hoeveelheid fuiken uitgezet door de vanaf de kust opererende lokale vissers. De fuiken werden aan palen bevestigd die in de zeebo dem werden gepoot en waren op die manier eenvoudig terug te vinden bij de periodieke oogst. Deze palen maakten bij voldoende dichtheid het verant woord door het water slepen van een kilometer lange Beismieehe kabel (voor de zgn. ondiepe seismiek) onmogelijk. De enige oplossing was om te gaan onderhandelen met de vissersorganisaties om, uiteraard tegen een ruime vergoeding, te bewerkstelligen dat de fuiken door onze scout boten mochten worden weggehaald. Het was dan zaak om voldoende van het te bestrijken gebied 'schoon' te hebben voordat het dure seismische schip op het toneel verscheen. Hiertoe was het echter ook nodig om het Syledis systeem operationeel te hebben, omdat bij het 'vegen' uiter aard ook plaatsbepaling nodig is. Helaas was echter de apparatuur van de seismische contractor meestal slechts kort voor de komst van het schip beschikbaar (en door de douane!) voor calibraties en andere voorbereidende werkzaamheden, immer resulterend in een aantal benauwde dagen. Bij de planning van enkele zeebodem surveys ten behoeve van nieuwe exploratie boringen, kwam ik eens op het idee om de komst van apparatuur niet af té wachten, maar om de gebieden (van 2 bij 2 km) waar de survey diende plaats te vinden te markeren met boeien. De boeien zouden middels theodoliet-intersecties vanaf de kust met gehuurde vissersboten op him plaats gelegd moeten worden. Aldus geschiedde, waarbij een behoorlijke dosis logistiek vernuft onontbeer lijk was. Vervolgens konden de fuiken zonder veel tijdsdruk opgeruimd worden. Operatie geslaagd. Totdat enkele dagen later het bericht doorkwam dat de gemarkeerde gebieden bezaaid waren als nooit te voren. De dankbare Thaise vissers wisten nu immers exact waar nieuwe fuiken geplaatst dienden te worden om voor compensatie in aanmerking te komen. 158

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Lustrumboek Snellius | 1995 | | pagina 180