stelsel van het Burgerlijk wetboek en de Kadasterwet zonder meer uit de openbare registers en de kadastrale registratie aan derden kunnen worden verstrekt. Duidelijk is dat de persoonsgegevens die in de openbare registers en de kadastrale registratie worden opgenomen, noodzakelijk zijn als identificatie in het rechtsverkeer. Om deze identificatie mogelijk te maken, moeten de akten die bij het Kadaster in de openbare registers ingeschreven worden, voldoen aan een aantal inschrijvingsvereisten. Zo moet de akte persoonsidentificerende gegevens bevatten. De wetgever heeft zich uitdrukkelijk beperkt tot de noodzakelijke gegevens; andere gegevens dan deze noodzakelijke gegevens mogen dan ook niet in de registraties worden opgenomen. Zo is bij de kamerbehandeling de geboorteplaats van de gerechtigde geschrapt en het beroep toegevoegd. Het Kadaster heeft jaarlijks te maken met zo'n 550.000 mutaties en 2 miljoen verstrekkin gen vanuit de bewaringen. Daar komen nog de verstrekkingen via het kadasternetwerk en de massale output bij. Het gaat daarbij om object-gegevens (zoals de zaken en de rechten) en persoonsidentificerende gegevens. Beide categorieën zijn gegevens die herleidbaar zijn tot natuurlijke personen. Bij deze informatie zitten ook zaken als onder curatele stelling, faillissementsverklaring, surséance van betaling. Dit kan zeker als gevoelige informatie gezien worden. Ook andere gegevens kunnen een inbreuk op de financiële privacy vormen, door inzicht te geven in de vermogens- en schuldpositie. Het opvallende van ons stelsel van openbare registers en kadastrale registratie is nu dat al deze gegevens zonder beperking aan een ieder verstrekt mogen worden. Ook het doel waarvoor iemand de gegevens opvraagt, speelt daarbij geen enkele ról. Bij verstrekkingen kan het dan ook best gaan om een ander gebruiksdoel dan het waarborgen van de rechtszekerheid. Als voorbeeld kan worden gewezen op het verstrekken van gegevens aan een makelaar via de permanente aansluiting op het kadasternetwerk, die hem tevens kunnen dienen in zijn assurantie-adviespraktijk. Men zou in dat verband heel goed kunnen stellen dat de legitimiteit van het overheidshandelen in gevaar komt, vooral omdat het gaat om gegevens die zijn verkregen door 'dwangverstrekkingen' Bij het principe van volledige openbaarheid van openbare registers en kadastrale registra tie kunnen dan ook wel vraagtekens worden gezet. De hier bedoelde registers waren in het verleden openbaar mede vanuit de wetenschap dat het om papieren archieven ging. Het kostte destijds de nodige moeite om daaruit een groot aantal gegevens te verzamelen. Er waren natuurlijke drempels aanwezig ter bescherming van de persoonlijke levenssfeer. Nu een groot deel van deze gegevens via de AKR en het kadasternetwerk veel gemakke lijker beschikbaar is, dringt zich hierbij toch de vraag op of er niet meer waarde zou moeten worden gehecht aan de privacy. De Europese Privacy-riChtlijn zal naar onze mening in de toekomst ook voor het Kadaster tot een duidelijk(er) formulering van de doelstelling van de registraties moeten leiden. Nevenprodukten van het Kadaster Daarnaast moet een nieuwe ontwikkeling worden genoemd. Bij het Kadaster bestaat interesse om, mede in het kader van de verzelfstandiging, nieuwe produkten te ontwikke- Geodesie wereldwijd 36

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Lustrumboek Snellius | 1995 | | pagina 59