Landinrichtingsdienst: "...Men kan gevoeglijk stellen, dat de eerste tien tot vijftien jaar van het bestaan van de Ruilverkavelingswet het Kadaster een zeer belangrijke rol heeft gespeeld bij de acceptatie van dit instituut door de toen nog overwegend behoudende plattelandsbevolking. Niets nieuws onder de zon. Ook nu is er discussie over de duur van de landinrichtings projecten en is er door de verzelfstandiging van het Kadaster vernieuwde aandacht voor de kosten van de kadastrale bijdrage. Ook nu wordt nog nagedacht over de kwaliteit van het plan van toedeling. Ook nu wordt gediscussieerd over het draagvlak van de landin richting bij de grondeigenaren in en gebruikers van het landelijk gebied. Het jaar 1925 of 2005, de verschillen zijn geringer dan we denken, maar ook oneindig groot. Wat onze collega's rond de jaren 1925 nastreefden en als toekomst zagen, was de ontwikkeling en vastlegging van betrouwbare werkmethoden. Ook de tijd van de start van de legalisering van een eenvoudige systematiek, die met behulp van een goede wettelijke procedure, het gevoel van rechtszekerheid bij de rechthebbenden in een ruilverkaveling zodanig ondersteunden, dat men zich aan het avontuur van een ruilverkaveling waagde. In deze jaren werd de basis gelegd voor de herverkavelingssystematiek, die door alle tijden heen de ruggegraat van de ruilverkaveling, en later de landinrichting, zal zijn. De doelstelling van het landinrichtingsbeleid was in die jaren eenvoudig en overzichtelijk: ontginning, voedselvoorziening, verbetering van de werkomstandigheden van de boeren bevolking. Het publieke belang in de doelstelling ontbrak of was zeer ondergeschikt. Eigenlijk was de wijze van uitvoering in die dagen te vergelijken mef onze "stijlfiguur" de RAK (Ruilverkaveling met Administratief Karakter). In 1946 en later in 1953 werd het wettelijk systeem van de ruilverkaveling gebruikt ten behoeve van het herstel van de oorlogsschade door de inundatie van Walcheren en later voor het herstel van de desastreuze gevolgen van de watersnoodramp van 1953 in Zeeland en delen van West-Brabant en Zuid-Holland in de Herverkavelingswetten. Wat eerder een ingreep met een sterk landbouwkundig belang was, werd nu een effectief inrichtingsin strumentarium met een sterk algemeen belang. De ruilverkaveling was in één keer volwassen geworden, een grootscheepse aanpak met een ijzersterke organisatie. Bij de toepassing van de Herverkavelingswetten was het de eerste maal dat een landinrichting in het kader van een niet te ontkennen algemeen belang werd opgelegd. De eerste veertig jaren landinrichting worden mijns inziens gekenmerkt door de legalise ring van de procedure en de opbouw van methoden en ervaringen ten behoeve van de uitvoering. De ontwikkeling wordt duidelijk aangetoond door de activiteiten op het gebied van wetgeving resulterend in de opvolgende ruilverkavelingswetten van 1938 en 1954, met een kleine aanpassing in 1975 van onder meer het stemrecht. Verder bleek er een levendige dialoog en informatie-uitwisseling te bestaan over de aanpak en werkmethoden, zoals duidelijk blijkt uit de inhoud van de Ruilverkavelingsbo de, een uitgave van de toenmalige Ruilverkavelingsdienst van het Kadaster. De daarin aan de orde komende onderwerpen over de aanpak van de eerste schatting en de vervaardiging van het werkplan 2 kunnen ons nu niet meer in beweging krijgen, maar toen was de discussie interessant en van belang. Geodesie wereldwijd 52

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Lustrumboek Snellius | 1995 | | pagina 75