ilkiii.
üil
Lull
De JPS ontvanger is pas sinds kort op de markt. Als gevolg daarvan is de firmware
van de ontvanger nog niet volledig uitgekristalliseerd en worden hiervan regelmatig
upgrades beschikbaar gesteld. Het effect van deze verschillende firmwareversies
op kwaliteit (aantal cycle slips, precisie van de codewaarnemingen) en kwantiteit
van de waarnemingen is weergegeven in figuur 7 voor de GLONASS satelliet in
slot 6. Zoals duidelijk blijkt uit deze figuur wordt de JPS ontvanger nog afgeregeld.
Sommige van de firmware versies scoren goed op het gebied van precisie van de
codewaarnemingen, andere weer beter op het gebied van aantal waarnemingen
en cycle slips.
JL
ill
Lustrumboek "The 5th Element"
Uit deze figuur blijkt dat de gemiddelden per satelliet grote overeenkomsten
vertonen voor de drie stations. Tevens blijkt dat de waarnemingen van de satellieten
in slots 8, 1 0, 14 en 1 6 zeer veel cycle slips bevatten. Zoals in het vorige hoofdstuk
al aangegeven hebben de satellieten 8, 10 en 1 te lijden van
signaalonderbrekingen en is het gevolg hiervan een grote hoeveelheid cycle
slips. De satelliet in slot 1 4 heeft al geruime tijd problemen met het uitzenden van
data op de L2 frequentie. Als er al L2 waarnemingen beschikbaar zijn, zijn deze
van matige kwaliteit.
60 80 100 120
200 220 240
60 80 100 120 140
220 240
miiilj
60 80 100 120 140 160 180 200 220 240
day of year
Figuur 7: Aantal ontbrekende waarnemingen (boven), precisie van de PI code waarnemingen
(midden) en aantal L1 cycle slips voor de GLONASS satelliet in slot 6 voor de JPS ontvanger
in DLFT. Dikke zwarte lijnen geven firmware upgrades aan.
Behalve naar de kwaliteit van de waarnemingen, is ook gekeken naar de kwaliteit
van de door de GLONASS satellieten uitgezonden navigatieboodschappen. Hierbij
is gebruik gemaakt van de bekende posities van de referentiestations om een
"clock only" oplossing te berekenen uit codewaarnemingen. Daarna zijn de kleinste
kwadratenresiduen van elke waarneming getoetst. Doordat deze residuen bestaan
uit het verschil van waargenomen en berekende afstand en de waarnemingen
zijn gevalideerd, zijn eventuele verwerpingen te wijten aan fouten in de
navigatieboodschappen.
Het bleek dat drie soorten fouten in de navigatieboodschappen voorkomen. Het
eerste type fout wordt veroorzaakt door blunders van het GLONASS controle
segment: zo bleek bijvoorbeeld dat in november 1 998 voor de satelliet in slot 9
verkeerde klokpa ra meters naar de satelliet zijn gestuurd. Een nadere inspectie
van alle GLONASS navigatieboodschappen wees uit dat de klokparameters van
de satelliet in slot 9 die van de satelliet in slot 15 waren. Een tweede type fout,
124