I
l
Lucht
4 Röntgenopname-configuratie
B
A
Figuur 3: Frame van Moffit.
In deze paragraaf wordt de röntgenopname configuratie besproken. Voor een
gedetailleerde beschrijving van het opname-plan wordt verwezen naar hoofdstuk
3 van de scriptie [1].
De camera kan om praktische overwegingen niet bewogen worden. Het object
dient echter vanuit verschillende hoeken te worden afgebeeld. Daarom is ervoor
gekozen om het object zelf fysiek van stand te laten veranderen ten opzichte van
het beeldvlak, om andere cameraposities te simuleren. Figuur 4 is een afbeelding
van de opname-configuratie waarbij het object 30° om de breedte-as van het
uiteinde van het kalibratie-frame wordt geroteerd.
Figuur 4: Opname-configuratie
Het objectframe (zie figuur 5) zorgt ervoor dat er een stabiel referentiestelsel met
het object verbonden is, ten opzichte waarvan de beweging kan worden
vastgelegd. Tevens dient het frame ter bepaling van de uitwendige oriëntering.
Objectframe
30°
143