Vuur er is een startnota gepresenteerd, nadat in het project Nederland 2030 (in een Snelliuslezing op Geodesie door de Rijksplanologische Dienst (RPD) toegelicht) het toekomstperspectief op de lange termijn is verkend. Hoewel oorspronkelijk de verwachting bestond aat nieuwe verstedelijkingsconcepten geïntroduceerd zouden worden (corridors), wordt het langzamerhand duidelijk dat de veranderingen minder groot zullen zijn dan mogelijk oorspronkelijk verwacht. Ontwikkeling in rijksbeleid vernieuwing binnenstedelijk gebied Op het terrein van de vernieuwing van het binnenstedelijk gebied is de Nota Stedelijke Vernieuwing van groot belang. Nadat begin jaren negentig door de rijksoverheid in de nota "Beleid voor stadsvernieuwing in de toekomst, de tweede helft" (Belstato) uitgesproken was dat de rijksbemoeienis met stadsvernieuwing eindig was, en over enkele jaren de subsidiekraan zou worden dichtgedraaid, is in het kader van de met de Tweede Kamer afgesproken herijking van deze nota dit beeld genuanceerd. De opgave met betrekking tot de bebouwde omgeving wordt nu als stedelijke vernieuwing gepresenteerd. De naoorlogse wijken komen hierbij nadrukkelijk in beeld; het rijk stelt voor de herstructurering hiervan extra middelen ter beschikking. Dit geld zal overigens op een andere wijze dan in het verleden worden toegekend (zie verderop). Naast stedelijke vernieuwing zijn er specifieke projecten die extra ondersteund worden door het rijk. Het gaat om meervoudig ruimtegebruik; hiervoor is het Stimuleringsprogramma Intensief Ruimtegebruik (STIR) gestart. Ook milieu is als thema van belang binnen het stadsinrichtingsbeleid: de projecten rond duurzaam bouwen zijn verbreed tot duurzame stedenbouw; verder is het project Stad en Milieu gestart om een betere afstemming tussen milieubelangen in enge zin en de kwaliteit van de leefomgeving in bredere zin in bestaand stedelijk gebied te bereiken. Ontwikkelingen in Wet op de Ruimtelijke Ordening In de afgelopen vijf jaar is er veel te doen geweest over de Wet op de ruimtelijke ordening. In 1995 verscheen het eindrapport van het project Planningstelsel in Bestuurlijk Perspectief. De (fundamentele) vraag van dit rapport was of het planningsstelsel uit de WRO, dat dateert uit 1 965, wel voldoende is toegesneden Werkgroep POLIS. De Nederlandse Verenging voor Geodesie en de Vereniging voor Landmeetkundigen hebben in 1 998 het initiatief genomen om werkgroepjes in te stellen op onderdelen van het geodetisch vakgebied. De werkgroepjes moeten een platform worden voor "continious professional development". Zo is de werkgroep POLIS ontstaan: permanente ontwikkeling in landinrichting en stadsinrichting. De werkgroep heeft een bestand opgebouwd van zo'n 1 75 geodeten die werkzaam zijn in dit vakgebied. Periodiek wordt over actuele ontwikkelingen een expertmeeting gehouden. Zo hebben bijeenkomsten plaatsgevonden over: de investeringsstrategie in het kader van de Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing (ISV); creatief gebruik van het voorkeursrecht; meervoudig ruimtegebruik. De sectie Geo-informatie en Grondbeleid van de afdeling Geodesie ondersteunt de activiteiten van de werkgroep. op de problemen en verhoudingen van de huidige en toekomstige tijd. In het verlengde van het rapport zal het stelsel uit de WRO op onderdelen aangepast gaan worden. Eén van de aandachtspunten hierbij is de organisatie van projectbesluitvorming. De praktijk is dat veel ruimtelijke beslissingen niet in 167

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Lustrumboek Snellius | 2000 | | pagina 177