2 De excursies
3 De avonden
4 De groep
Lustrumboek "The 5th Element"
Het moge duidelijk zijn: daar is het allemaal om begonnen. Een kijkje nemen bij
bedrijven, universiteiten en instellingen. Zelf aanschouwen hoe onze studiestot
toch echt toegepast wordt, of hoe men de studie elders aanpakt. Verbaasd staan
over hopeloos ouderwetse of juist ultramoderne apparatuur. Rondleidingen,
demonstraties en colleges. De laatste liever niet in de landstaal, maar in de
lingua franca van de huidige wereld, het (steenkolen-) Engels. Het voordeel van
Schotland was uiteraard dat het Engels daar tevens de landstaal is, al dan niet
met een Schots accent. Hoewel, voordeel? Een vlot doorsprekende native speaker
gebruik makend van niet zo bekende woorden en uitdrukkingen, kan soms ook
erg lastig te volgen zijn.
Een bijzondere excursie was die naar het landmeetkundig bedrijfje SDS, in het
plaatsje Bo'ness. Hier werd in een half uur tijd verteld wat verteld diende te
worden, waarna men voorstelde om de zitting voort te zetten in de kroeg om de
hoek. Vanzelfsprekend werd dit voorstel in dank aangenomen. Elders was men
wat minder kort van stof, zodat het bijvoorbeeld kon gebeuren dat we in de
universiteit van Edinburgh meerdere uren hebben doorgebracht met een college
stedenbouwkundige geschiedenis van de stad. Weliswaar interessant, maar ook
erg langdradig. Er volgde daarna ook nog een rondwandeling in de omliggende
buurt, die vooral nuttig bleek om de slaap uit de ogen te krijgen.
Een niet te onderschatten onderdeel van de buitenlandexcursie wordt gevormd
door het avondprogramma. In deze uren maakt men kennis met de al dan niet
lokale keuken, wordt het kroegenbestand geïnspecteerd, en kan men de
plaatselijke bevolking in haar natuurlijke habitat aanschouwen. Het is gebruikelijk
dat de deelnemers na wat rondzwerven elkaar toch weer treffen in hetzelfde café,
ongeacht de afmetingen van de stad waar men verblijft. Het lijkt erop dat geodeten
een soort onzichtbare band met elkaar hebben, laat ons zeggen: een bepaalde
correlatie.
Die groepscorrelatie was in 1999 's nachts op de boot naar Engeland al zichtbaar.
Een dansvloer was aanwezig, en na verloop van tijd hoste er een grote groep
geodeten op rond, verbaasd gadegeslagen door het andere deel van de mensheid.
Andersom was er ook verbazing, toen bijna een week later in Newcastle een
groepje besloot om 's avonds laat het centrum nog in te gaan. Het was koud,
érg koud, een paar graden boven het vriespunt, maar desondanks wemelde het
van de korte rokjes, éra korte rokjes. Je kan alleen maar gissen naar de hoeveelheid
blaas- en longontstekingen die in zo'n nacht ontstaan. Koud was het ook in
Aberdeen. Net nadat we daar 's middags aankwamen barstte er een sneeuwstorm
los. 's Avonds hebben we ons dan ook prima vermaakt in de stad, niet alleen in
de warme pubs, maar ook op straat, waar sneeuwgevechten tegen de plaatselijke
bevolking niet van de lucht waren.
De deelnemende studenten, de begeleiders en de buschauffeurs: tezamen vormen
deze personen een groep. Een groep mensen die een week lang samen half
Europa doorkruisen, en aie zo'n beetje dag en nacht met elkaar opgescheept
zitten. Of klinkt dit laatste wat negatief? Niet zo bedoeld, want er zitten zeker een
aantal positieve aspecten aan. Zo wordt de integratie tussen de verschillende
jaargangen een handje geholpen. Is het niets avonds, dan toch zeker wel in de
bus. Wanneer de laatste excursie van de dag achter de rug is, gaat de bar open.
Lange ritten staan garant voor veel gezelligheid, alsof het elke dag donderdag is.
Een ander punt wordt gevormd door de begeleiders: twee docenten die je eens
van een heel andere kant meemaakt, op een informele manier. Het mooie hierbij
is ook dat de begeleiders in feite totaal geen verantwoordelijkheid dragen. De
228