Zoals iedere hoogleraar ontkwam ook prof. Witt niet aan het uitvoeren van een
groot aantal bestuurlijke taken. Hij speelde een belangrijke rol bij de organisatie
van het grote FIG-congres, dat slechts één keer in Nederland is gehouden/ in
1956. Hij werd voorzitter van de Onderafdeling. In die functie maakte hij de
roerige periode van de zestiger jaren mee. Het is nu bijna niet meer voor te
stellen hoe groot de verandering was van de verhouding tussen hoogleraren,
medewerkers en studenten in die tijd. De studentenopstanden gingen ook niet
aan de Onderafdeling voorbij, waarbij prof. Witt als voorzitter te maken kreeg
met zeer emotionele gebeurtenissen. Deze lieten hem bepaald niet onberoerd en
waren zelfs een bedreiging voor zijn gezondheidstoestand. Hij nam het verstandige
besluit al voor zijn pensionering te verhuizen naar Wageningen, vanwaar hij zijn
werkzaamheden voor de Afdeling continueerde. Dat zijn opvolging werd
gerealiseerd in twee leerstoelen, de planologische geodesie en de
vastgoedinformatie, geeft de betekenis aan die prof. Witt aan zijn vakgebied
heeft gegeven. In de praktijk zijn zijn activiteiten niet onopgemerkt gebleven. Zo
werd hij erelid van de Deutsche Verein für Vermessungswesen, mede door zijn
inspanningen om de Duitse collega's na de oorlog weer bij het gebeuren op het
internationale podium te betrekken. Ook zijn onderwijs viel bij de studenten in de
smaak. Het Landmeetkundig Gezelschap Snellius beloonde zijn inspanningen
met het erelidmaatschap.
Ondanks zijn wankele gezondheidstoestand heeft prof. Wit nog lang van zijn
welverdiende rust mogen genieten. Hij heeft een belangrijke bijdrage geleverd
aan de erkenning en waardering die onze Afdeling zowel binnen als buiten de
TU-gemeenschap geniet.
Prof. dr. ir. M.J.M. Bogaerts
Voorzitter Afdeling Geodesie