Het WOZ-proces
Lustrumboek 'The 5th Element"
De gegevens
Naast enkele subjectieve kenmerken als ligging, onderhoud en kwaliteit van de
gebruikte materialen (subjectief is bijvoorbeeld de beoordeling van de ligging:
sommigen van u vinden het een voordeel om tegenover een school te wonen,
anderen zullen zich storen aan het lawaai van spelende kinderen) is bovendien
alles meetbaar in de WOZ. Een WOZ-object heeft onder andere:
WOZ-objectnummer, een adres en een kadastrale relatie
inhoud
oppervlakte
opsomming van verschillende objectieve kenmerken, als schuur, garage,
dakkapel, uitbouw, etc.
Vanaf 1 januari 2000 worden bovendien de verschillende deelobjecten (keuken,
woongedeelte, berging, etc.) apart geregistreerd, waardoor bijvoorbeeld een
relatie met panddelen ontstaat. En ook hier weer geldt dat een overzicht van
mogelijke deelobjecten in uitvoeringsbepalingen is vastgelegd.
Ook het WOZ-proces biedt unieke kansen om van nut te zijn bij de opzet van
een gebouwenregistratie. Het WOZ-proces bestaat in hoofdlijnen uit de volgende
stappen:
1afbakenen (waar praten we over);
2. inventariseren (ontbrekende gegevens aanvullen);
3. analyse van betrokken gegevens (bij de WOZ: marktgegevens);
4. vormen van homogene groepen (die op dezelfde manier kunnen worden
behandeld);
5. waarde toevoegen (bij de WOZ heel letterlijk);
6. controleren van 5;
7. verspreiden of beschikbaar stellen (bij de WOZ aan waterschappen en
Belastingdienst).
De analogie voor gebouwen ligt voor de hand:
1definiëren grenzen van de gebouwdelen;
2. wat zijn de verschillende onderscheidende kenmerken (wat willen we weten);
3. analyse van specifieke zaken, zoals bodemverontreiniging of bestemming;
4. efficiency bevorderen door groepen te vormen met vergelijkbare kenmerken;
5. waarde toevoegen (bijvoorbeeld een registratie van alle vergunningen op
de gemeentelijke eigendommen);
controleren (altijd goed);
7. verspreiden, zowel intern aan andere afdelingen als extern aan andere
overheden, woningbouwverenigingen, commerciële bedrijven, als
verzekeringsmaatschappijen en nypotheekverstrekkers, consumenten,
beleggers, eigenaren, beheerders, architecten, andere kunstenaars.
Bij punt 1moeten we nog wel een opmerking maken over de beschikking zoals
deze naar de belanghebbenden gestuurd wordt. Hierin wordt voor een afgebakend
WOZ-object de waarde aan de belanghebbenden meegedeeld. Zeker in
complexere woongebieden zoals oudere wijken en binnensteden treden er bij de
objectafbakening eenvoudig fouten op. Het zou dan ook goed zijn om de
belanghebbende te informeren over de objectafbakening. Dit kan door een
scheiding aan te brengen tussen de kennisgeving van de objectafbakening en de
kennisgeving van de waardering.
50