Aarde
5. Een belangrijk item zal ook zijn om een breed draagvlak te creëren. Daarom
moeten er op niet al te lange termijn keuzes gemaakt worden, en moet er
uitzicht zijn op een binnen afzienbare tijd te realiseren resultaat, hetgeen
niet per definitie een eindresultaat hoeft te zijn. De eerste insteek zal
voornamelijk integrerend moeten zijn, waarbij de nadruk komt te liggen op
duidelijke definities en vastgelegde verantwoordelijkheden. De
gebouwenregistratie zal dan bestaan uit een verzameling van eenduidig
gedefinieerde gebouwen en gebouwdelen met onderlinge relaties. Als
toegang kan gekozen worden voor de geometrie en het adres. Bestaande
systemen, zoals de WOZ, en initiatieven, zoals bij sommige gemeenten,
moeten hierop kunnen aansluiten. Dit opent dan ook de mogelijkheid om
met initiatieven in de toekomst hierop verder te bouwen.
6. Als laatste punt pleiten we er voor om ook de gebouwenregistratie als een
proces te benaderen. Uiteraard zal eenmalig een registratie moeten worden
opgezet, maar vanaf dat moment is het zaak de registratie bij te houden.
Pas dan kan de meerwaarde van een gebouwenregistratie duidelijk worden
en kan ook de stap gemaakt worden om gegevens uit deze registratie ter
beschikking te stellen, al dan niet tegen een vergoeding van de kosten, aan
andere partijen, zoals woningbouwverenigingen, financiële instellingen, et
cetera.
Kortom het praten over een gebouwenregistratie is geen luchtfietserij, waarmee
tevens de relatie met de aarde nog eens wordt onderstreept. Wij zien grote
kansen voor een gebouwenregistratie, zeker wanneer goed gekeken wordt naar
de WOZ registratie en er gebruik wordt gemaakt van de moderne technologie.
[1 RAVI, 1 995, Grip op gebouwen. De registratie en identificatie van gebouwen
53