was toen ook niet gelijk aan het landschap dat we nu zien. Het gaat er wat het landschap betreft om hoe men over 20 of 30 jaar zal oordelen over wat wij nu gedaan hebben. Dan zal dat oordeel wel eens kunnen meevallen. Daar komt nog bij dat ook als de ruilverkaveling er niet zou komen heel wat van de beplanting die er nu staat zou verdwijnen omdat de boer die ook nu als een hindernis in zijn bedrijfsvoering ervaart. Hij zal ze kappen of verwaarlozen. Dat brengt mee dat landschapsdeskundigen en na tuurbeschermers op het ogenblik grote voorstanders zijn van het uitvoeren van een ruilverkaveling in gevoelige gebieden, omdat het vaak de snelste me thode is om gronden in handen te krijgen waarop de elementen voorkomen die men beslist voor de toekomst wil behouden. Er zal dus bijzonder veel grond voor recreatie, land schap en natuurgebieden nodig zijn. En in dit kader is het dan ook dat naast de 5% grond die via ver snelde onteigening, want zo zou je eigenlijk dat artikel van de wet kunnen noemen, wordt verkregen, de Stichting Beheer Landbouwgronden belangrijke hoeveelheden grond verwerft om al die andere doel einden ook te kunnen vervullen die de 5% te boven gaan. Als we op het ogenblik een ruilverkavelings rapport bekijken, waarin 5% van de grond zijn agrarische bestemming verliest, dan is dat een bij zonder ouderwets rapport. Bij een normaal rapport ligt het tussen 5 en 10%. Maar er komen ook steeds meer rapporten waarin allerlei andere belangen een groot gewicht krijgen, waar dat 15% wordt. En als eenmaal zo'n project als Giethoorn-Wanneperveen doorgaat, dan zal dat betekenen dat 80% van de grond eigenlijk primair een niet-agrarische bestem ming gaat krijgen. Dus de grondbalans betekent toch vaak een afnemen van het produktie-areaal. Produktieverhoging? Op dit punt gekomen zou ik dan ook gelijk willen inhaken op een ander facet, dat vaak wordt aange voerd, namelijk dat de ruilverkaveling zo'n grote produktie-impuls betekent. Ik heb primair al ge steld, bedenk wel dat in dit actuele gebeuren een belangrijk stuk aan de agrarische bestemming ngt 71 wordt onttrokken, c.q. een secundair agrarische bestemming krijgt. Dan denk ik aan natuur terreinen. Daarnaast is het zo dat de ruilverkavelingswerken, zoals ze in de loop der jaren geëvolueerd zijn, toch zeker niet meer primair tot doel hebben produktie verhoging te bewerkstelligen. Dat is in het verleden wel sterk gebeurd, want de ruilverkaveling heeft ook zijn geschiedenis. Die geschiedenis is in de dertiger jaren het bezig houden van mensen in het kader van de werkloos heidsbestrijding. Die geschiedenis is in en na de oor log het verhogen van het produktievermogen van de grond om aan zoveel mogelijk voedsel te komen. Dat heeft natuurlijk allemaal sterk nageijld, maar langzamerhand zijn uit de ruilverkaveling alle ele menten gehaald, die direct en enkel en alleen ten doel hebben het produktievermogen van de grond te verhogen. Daarmee wil ik beslist niet beweren dat er in het kader van de ruilverkaveling geen werken worden uitgevoerd die de produktie verhogen, want be paalde maatregelen hebben nu eenmaal een zeker dualisme. Als men b.v. een wat drassig veengebied voor de machinale bewerking beter berijdbaar wil maken, dan moet je iets aan de waterbeheersing doen. Maar als je iets aan de waterbeheersing doet kun je in praktisch 99 van de 100 gevallen niet ver mijden dat het produktievermogen van de grond hoger wordt. Dus inderdaad, in zo'n maatregel, die gericht is op de rationele exploitatie van het bedrijf, zit doodeenvoudig als belangrijk neveneffect pro duktieverhoging. Hetzelfde geldt voor de maatregelen, die ik al ge noemd heb, om mensen te helpen aan een gelijke hoedanigheid van grond. Dat betekent vaak dat je grond moet gaan verbeteren en ook dat die grond een hoger voortbrengend vermogen krijgt. Als men de totale balans gaat bekijken, dan moet men constateren dat enerzijds een belangrijk deel van de grond zijn producerende functie verliest maar dat toch anderzijds een aantal produktie- verhogende factoren aanwezig is. De grondver betering is in het verleden op vrij grote schaal ge beurd, maar is nog niet zo lang geleden min of meer radicaal uit de ruilverkaveling gelicht. 53

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Nederlands Geodetisch Tijdschrift (NGT) | 1971 | | pagina 15