1
fa
f°x
1923 in een onderzeeër gravitatiemetingen heeft uit
gevoerd en daardoor voor de fysische geodesie
nieuwe perspectieven heeft geopend. Het is dan ook
niet toevallig dat het eerste symposium over mariene
geodesie, dat in 1966 in Columbus (Ohio) werd ge
houden, aanving met een overzicht van leven en wer
ken van Vening Meinesz. Drie jaar later werd in
New Orleans een tweede symposium over mariene
geodesie gehouden. Uit deze symposia blijkt, dat
de moderne technologie over voldoende mogelijk
heden beschikt om in de nabije toekomst de zee
bodem op systematische wijze te kunnen gaan onder
zoeken.
Deze ontwikkelingen hebben vanzelfsprekend con
sequenties ten aanzien van de opleiding tot geode
tisch ingenieur. In het OZON-rapport (Operatio
neel Zeevaart Onderwijs in Nederland, juni 1969)
stelt Prof. Roelofs het volgende vast:
„Het is van belang er op te wijzen dat ook een zeer
snel groeiende tak van geodesie - de mariene geo
desie, de geodesie van en op de oceaan en de oceaan
bodem - dwingt tot de invoering van een nieuwe
specialisatie van de geodeet die in de hydrografisch
ingenieur zou kunnen worden gerealiseerd. Te ver
wachten is immers dat de internationale ontwikke
lingen, met name die welke thans in de Verenigde
Staten plaats vinden, in de nabije toekomst grote
behoefte zullen doen ontstaan aan mariene-geode-
tisch opgeleide ingenieurs, Hydrografisch Ingeni
eurs."
N avigatiemethoden
De mariene geodesie zal wellicht dankbaar gebruik
maken van de verschillende navigatiesystemen die
ten behoeve van de scheepvaart werden ontwikkeld.
De moderne scheepvaart eist wegens toename van
verkeersintensiteit en toename van de grootte en de
snelheid van de schepen moderne nauwkeurige me
thoden voor de navigatie. De voornaamste naviga
tiesystemen zijn:
- astronomische navigatie
- radionavigatie (Decca, Hi-Fix, LORAN, Omega,
enz.)
- traagheidsnavigatie (SINS Ship's Inertial Na
vigation System)
- satellietnavigatie (Navy Navigation Satellite
System)
- doppler-sonar navigatie
- geïntegreerde navigatie
- akoestische navigatie.
Al deze navigatiesystemen kunnen in bovenwater
voertuigen toegepast worden, terwijl in onderwater
vaartuigen, wegens de slechte penetratie-eigenschap
pen van licht en radiogolven in water, alleen de
traagheidsnavigatie, de doppler-sonar en de akoes
tische navigatie bruikbaar zijn.
T raagheidsnavigatie
Het principe van de traagheidsnavigatie wordt in
fig. 1 voorgesteld. Een platform wordt door twee
gyroscopen met twee vrijheidsgraden gestabiliseerd,
waardoor de z-as naar het zenit, de p-as naar het
noorden en de x-as naar het oosten blijven gericht
(dit is één van de methoden om een platform te sta
biliseren). De twee op dit gestabiliseerde platform
bevestigde versnellingsmeters registreren de versnel
ling ay in richting noord, en de versnelling ax in
richting oost. Deze versnellingen worden tot de snel
heidscomponenten vy en \x van het vaartuig geïn
tegreerd, waarbij ook nog een correctie voor de in
vloed van de rotatie van de aarde (corioliskracht)
wordt aangebracht. Met behulp van deze snelheids
componenten wordt eveneens door integratie de af
gelegde weg dip en dX t.o.v. een bekend startpunt
(q>o, X0) bepaald. Doordat de gyroscopen het lokale
zenit en het lokale noorden van het startpunt vast
houden, dienen ook nog correcties aangebracht te
noordgyro
noord
oostgyro
platform
di
versnellings-
meter
°cy
(invoer)
f>o A0
I I
X \correctie
oost ^ono?/?: kracht
df./vydt
Computer
d A -/"vxdt
Vv I
dt
(uitvoer)
a"
Fig. I. Principe traagheidsnavigatie.
42
ngt 71