temen goed werken kan in de vierde fase begonnen
worden met het overbrengen van alle bestaande, op
kaarten vastgelegde, gegevens in het „geheugen van
de computer" (magneetbanden of schijvengeheu-
gen). Vooral deze fase is erg kostbaar en zal in Rot
terdam enige miljoenen guldens vergen.
In grote lijnen ziet het plan er als volgt uit. Alle ge
gevens van topografie en leidingen worden in een
geheugenbestand opgeslagen in de vorm van coördi
naten met daaraan toegevoegd coderingen betreffen
de het soort punt (b.v. hoek van huis 316 in straat
86). Wanneer er nieuwe metingen gedaan zijn dient
het coördinatenbestand te worden gewijzigd. De me
tingen geschieden op de normale wijze (meetlijnen-
verband, orthogonaal of polair). De meetgegevens
worden op een ponsdocument genoteerd in plaats
van op veldwerk. R.A.E.T.-Arnhem heeft daarbij
een methode voorgesteld waarbij puntnummering
niet nodig is, terwijl het maken van een schets strikt
genomen achterwege kan blijven.
De ponsdocumenten worden geponst en leiden via
een tussenfase voor controle tot rechtstreekse auto
matische mutatie van het geheugenbestand. Met het
geheugenbestand als bron van gecodeerde coördina
ten moet het nu mogelijk zijn kaarten te tekenen op
elke gewenste schaal en met elke gewenste inhoud
(met bomen, zonder bomen, zonder leidingen of al
leen met de waterleiding, enz.). De elektronische
tekenapparatuur waarmee de kaarten vervaardigd
kunnen worden zal dan niet alleen de landmeetkun
dige tekenaar vervangen maar ook alle andere teke
naars die binnen de gemeentelijke takken van dienst
belast zijn met het registreren van buizen, kabels,
rioleringen en bestratingsmaterialen.
De doeleinden die met dit systeem bereikt kunnen
worden zijn:
- snelle verwerking van mutaties;
- vervanging van kaartbestanden (veelal schaal
1 500) door een centraal geheugenbestand
(schaal 1 1) en derhalve verbetering van de
kwaliteit;
- het verkrijgen van een grote mate van soepelheid
bij het samenstellen van de inhoud van kaarten en
het kiezen van de schaal
- bestrijding van tekorten aan personeel.
Kenmerkend voor de opzet van de gemeentelijke
automatisering is echter niet het op zichzelf bereiken
van deze doeleinden alswel het op een hoger plan
brengen van de gemeentelijke informatieverwerking
als geheel door het verkrijgen van de mogelijkheid
om gegevens uit diverse systemen met elkaar in relatie
te brengen, waardoor allerlei plannen sneller en
grondiger bestudeerd en uitgevoerd kunnen worden.
Literatuur
1Basisplan voor de Gemeentelijke Automatisering (ontwik
keling van informatiesystemen). Uitgegeven door de Stich
ting tot Ontwikkeling van de Automatisering bij de Ge
meenten S.O.A.G., Oude Molstraat 34, 's-Gravenhage,
Telefoon (070) 62 45 51.
2. Samenwerking van de Nederlandse Gemeenten bij de Au
tomatisering. December 1970. Uitgegeven door de
S.O.A.G.
Het Nederlands Geodetisch Tijdschrift is de voort
zetting van het Tijdschrift voor Kadaster en Land
meetkunde en verschijnt sedert januari 1971 in de
nieuwe vorm.
In de lopende jaargang zijn o.m. artikelen opgenomen
over de volgende onderwerpen.
- Het gebruik van satellieten voor navigatiedoeleinden.
- De computer in opmars.
- Verticale beweging van de kust afhankelijk van het
getij, gemeten met behulp van hydrostatische water
passing.
- De onderwatertechniek van de Mariene Geodesie.
- Sociaal-economische aspecten van de ruilverkaveling.
- Mogelijkheden van Remote Sensing.
- De fotokaart.
In de komende nummers zullen bijdragen geplaatst
worden over:
- Terrcstrische fotogrammetrie.
- Juridische aspecten van mariene-geodetische activi
teiten.
- Zwaartekrachtsmetingen.
- Automatisering van de toedeling bij de ruilverkaveling.
- Elektronische tafelrekenmachines.
- Het gebruik van lasers in de landmeetkunde.
108
ngt 71