Het is in het bestek van deze voordracht onmogelijk,
op alle genoemde aspecten afzonderlijk in te gaan;
het zal zonder meer duidelijk zijn dat ze ook niet
als gescheiden onderdelen gezien moeten worden
maar onderling sterk samenhangen.
Van het verzamelen van informatie is het meten in
de klassieke zin van het woord het voornaamste. De
ontwikkelingen in de natuurwetenschappen en de
techniek van de laatste decennia hebben een zeer
grote invloed uitgeoefend op meettechnieken en
meetmethoden, ik noem daarvan de elektromagne
tische afstandmeting, het gebruik van aardsatellieten,
lasertechnieken, gyrokompassen en de ontwikke
lingen in de fotogrammetrie. Het is nodig gebleken,
de natuurkundige vorming van de geodetisch inge
nieur, die zich vroeger hoofdzakelijk beperkte tot
de optica, aanmerkelijk te verbreden. Over de toe
passing van meettechnieken wil ik slechts enkele
woorden zeggen. Een meting van een of andere
grootheid kan iedereen verrichten die geleerd heeft
met het betrokken instrument om te gaan. Het ma
ken van een opzet om door een samenstel van der
gelijke metingen de vorm van een groot of klein
stuk land in getallen of grafisch af te beelden, goed
genoeg en niet duurder dan nodig, dat is de kunde
van de geodeet. Op deze, wezenlijke kant van het
meten zal ik later nog terugkomen. Overigens is het
feit dat de landmeter technieken beheerst om over
gebieden groter dan werkplaats of laboratoiium
nauwkeurige metingen te verrichten, aanleiding ge
weest tot het ontstaan van een specialisme op het
gebied van deformatiemetingen en de nauwkeurige
maatvoering van technische projecten, in sommige
landen aangeduid met de nogal zotte naam „inge-
nieurgeodesie". Grote aandacht wordt hieraan o.a.
in de landen van Oosteuropa besteed in het kader
van hun industrialisatie- en ontwikkelingspolitiek
[17].
Het bewerken van informatie omvat in het geval
van de landmeter het uitvoeren van berekeningen,
het ordenen van gegevens in een administratie en
het transformeren van gegevens zodanig dat visuele
informatie, een kaart, ontstaat. Bij het woord infor
matieverwerking hoort tegenwoordig haast onver
brekelijk het woord automatisering. De computer
is uit de geodesie niet meer weg te denken. De land
meter heeft altijd al veel en systematisch gerekend
en op het gebied van de berekeningen is de auto
matisering al ver voortgeschreden. Het karakter van
het rekenwerk is hierdoor veranderd. Vroeger werd
het landmeetkundig rekenen gekenmerkt door vele
bijzondere oplossingen voor allerlei problemen.
Slechts bij uitzondering werd voor gewoon werk de
vereffening volgens de methode van de kleinste kwa
draten toegepast, en veel vernuft werd erop gericht
de moordende hoeveelheid rekenwerk door benade
ringsmethoden of grafische oplossingen te beperken.
De computer maakt het nu mogelijk, de waarne
mingsrekening in volle omvang toe te passen. Bij de
opleiding van geodeten ligt de nadruk nog meer dan
vroeger op de algemene theorie in plaats van op het
bijzondere praktijkgeval. In Delft zijn door het
Laboratorium voor Geodetische Rekentechniek
voor de puntsbepaling en vereffening programma
systemen ontwikkeld, die na invoer van de meet
cijfers de gehele berekening, inclusief die van de ge
gevens voor de analyse van de nauwkeurigheid, uit
voeren. Op ander gebied laat de door G. F. Witt [23]
geïnstigeerde automatisering van de toedeling bij de
ruilverkaveling zien dat een computer lang niet al
leen voor puntsbepalingsberekeningen geschikt is.
Hoewel het gebied van de kadastrale administratie
niet tot mijn competentie behoort, durf ik gerust te
voorspellen dat de automatisering van die admini
stratie er komen zal, en dat een groot deel van het
daarvoor nodige onderzoek- en ontwikkelingswerk
door geodeten verricht zal moeten worden. De twee
vaak als min of meer gescheiden beschouwde kanten
van de geodesie, de geometrische en de juridisch-
administratieve, hebben gemeen dat ze zich voor
een belangrijk deel bezig houden met informatie
verwerking, met de afbeelding van empirische rela
ties in een formeel systeem en met operaties in zo'n
systeem. Dit is een van de redenen waarom ik het
ongewenst acht een te ver doorgevoerde splitsing in
de opleiding aan te brengen.
Hoewel de leek in het algemeen de landmeter vaak
als kaartenmaker ziet, ligt zijn taak toch meestal
meer bij het verstrekken van de geometrische basis
gegevens dan bij het ontwerpen, tekenen en drukken
van kaarten. Dit is het terrein van de cartograaf.
Functioneel ligt deze vorm van informatiebewerking
ngt 71
115