IN MEMORIAM MEJ. M. E. NOTTELMAN Op 25 september 1971 overleed na een slopende ziekte op 69-jarige leeftijd onze oud-collega Maria Elisabeth Nottelman Marie Nottelman werd op 3 maart 1902 te Zijpe (N.H.) geboren. Na in Alkmaar de H.B.S. te heb ben doorlopen kwam zij via een dochter van de latere Ingenieur-Verificateur van het Kadaster C. H. B. de Korver in contact met de kadastrale landmeetkundige dienst. Hoewel de velddienst een uitgesproken mannenmaatschappij was, voelde zij zich zodanig tot het beroep van landmeter aange trokken dat zij haar ouders wist over te halen haar de studie voor landmeter aan de Landbouwhoge school te Wageningen te laten volgen. In 1926 behaalde zij daar haar einddiploma, waarna zij met ingang van 1 maart 1926 werd benoemd tot adspirant-landmeter van het Kadaster te Arnhem. Via de standplaatsen Borculo (alwaar zij werd be last met de hermeting van deze gemeente) en Zutphen werd Marie Nottelman met ingang van 1-6-1931 naar Almelo verplaatst, waar zij in de rang van hoofdlandmeter met ingang van 1 april 1967 werd gepensioneerd. Als één van de twee vrouwelijke collega's die onze dienst kende heeft Marie Nottelman in den beginne veel weerstanden moeten overwinnen. Bij het stage lopen was het zelfs zó dat de oorspronkelijk voor de opleiding aangewezen landmeter categorisch weigerde een meisje de praktijk van het landmeten bij te brengen, waarna de plaatsvervanger dusdanig lange velddagen meende te moeten maken (tot halfzeven 's avonds) dat hij kennelijk hoopte dat „het juffie" er de brui aan zou geven. Dat bleek echter al spoedig een misvatting en toen de landmeter op een gegeven dag om half zes aankondigde het voor die dag „voor gezien" te houden en zijn leerling daarop reageerde met de woorden: „Ha, fijn, dan kan ik nog net vóór winkelsluiting een cadeautje voor mijn moeder kopen, want die is morgen jarig", was het pleit beslecht. Van deze eerste leermeester heeft Marie later geen last meer gehad. Ook tijdens de hermeting van Borculo, waar de burgemeester felle kritiek uitte toen hij vernam dat een vrouwelijke landmeter zou worden ingezet, was de zaak al spoedig bekeken. Na drie dagen reeds gebruikte diezelfde vrouwelijke landmeter de lunch bij het burgemeesterlijk echtpaar! Bovenstaande gebeurtenissen waren kenmerkend voor de karaktereigenschappen van Marie Nottel man: doorzettingsvermogen en natuurlijke eenvoud. Het waren deze eigenschappen alsook haar grondige vakkennis die het voor het personeel vanzelf sprekend maakten dat zij gedurende de langdurige ziekte van het toenmalige hoofd van het bureau in de jaren 1956 tot 1959 met de waarneming van het bureau werd belast. Op taktische wijze heeft zij zich van deze taak gekweten. Het behoeft verder geen betoog dat Marie Nottel man ook haar eigenlijke werk voortreffelijk ver richtte. Met de door de dienstleiding voorgeschreven richtlijnen was zij het echter lang niet altijd eens, hetgeen zij meerdere malen uitte in heftige kritiek. Loyaal als zij was zou zij er echter niet over denken de gegeven voorschriften naast zich neer te leggen. Voor haar verdiensten viel in 1965 een benoeming tot Officier in de Orde van Oranje-Nassau ten deel. Bij haar pensionering had Marie met haar naar het scheen onverwoestbare gezondheid en haar talloze interesses nog vele plannen voor de toekomst. Enkele van deze plannen heeft zij tot uitvoering kunnen brengen, andere zijn helaas blijven liggen. Wellicht door al die interesses is het contact met haar vroegere collega's gedurende de laatste jaren, spijtig genoeg, ietwat verloren gegaan. Wat zij wél heeft aangehouden was het contact met haar familie, op wie zij erg was gesteld en voor wie zij zich volledig inzette waar dit nodig was. Wij voelen dan ook mee met de familie, aan wie een zo toegewijd zuster en tante is ontvallen. Onder grote belangstelling werd Marie Nottelman op 29 september in het crematorium „Twente", gelegen in het landschap dat haar zo dierbaar was, gecremeerd. Wij houden aan haar een goede herinnering over. IJ. Feenstra 20 ngt 72

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Nederlands Geodetisch Tijdschrift (NGT) | 1972 | | pagina 22